Wat is obesitas?
Er is een onderscheid tussen overgewicht en obesitas of zwaarlijvigheid. Bij overgewicht ligt de BMI tussen 25 en 29,9. Bij obesitas is de BMI 30 of meer.
Obesitas heeft meerdere oorzaken. De belangrijkste bepalende factoren zijn:
- onevenwichtige voeding,
- een gebrek aan lichaamsbeweging.
Deze factoren verstoren het evenwicht tussen opgenomen en verbruikte calorieën (energie). Neemt je lichaam meer energie op dan het verbruikt? Dan stapelt vet zich op.
Maar ook andere factoren spelen een rol in de ontwikkeling van overgewicht en obesitas, zoals:
- genetische factoren,
- hormonale factoren,
- psychologische factoren,
- omgevingsfactoren.
Deze factoren hebben een invloed op wat en hoe je eet en hoe je lichaam omgaat met energie.
Hoe vaak komt obesitas voor?
Overgewicht en obesitas vormen een toenemend gezondheidsprobleem in onze Westerse maatschappij.
Uit de Gezondheidsenquête 2018 blijkt dat:
- 49% van de volwassenen overgewicht heeft (BMI > 25);
- 16% lijdt aan obesitas (BMI > 30).
Het aantal mensen met obesitas neemt toe met de leeftijd: van 6,4% in de leeftijdsgroep van 18-24 jaar tot 22,8% in de leeftijdsgroep van 65-74 jaar.
Er zijn iets meer mannen (17%) dan vrouwen (15%) met obesitas.
Hoe wordt obesitas beoordeeld?
Om obesitas te beoordelen, is het onvoldoende om alleen het gewicht te bekijken. De ernst wordt beoordeeld aan de hand van 3 parameters:
- de BMI,
- de middelomtrek,
- de eventuele gevolgen.
Body Mass Index (BMI)
Met de Body Mass Index (BMI) kan je overgewicht of obesitas vaststellen. Deze formule geeft een idee van je vetmassa op basis van je gewicht en je lengte:
BMI = je gewicht (in kg) gedeeld door je lengte (in meter) in het kwadraat
- Bedraagt je BMI 25 kg/m2 of meer? Dan heb je overgewicht.
- Is je BMI 30 kg/m2 of hoger? Dan lijd je aan obesitas.
- Ligt je BMI hoger dan 40 kg/m2? Dan lijd je aan morbide obesitas.
- ‘Morbide’ betekent dat je risico op gezondheidsproblemen en ernstige aandoeningen sterk toeneemt.
Middelomtrek
Ook de plaats waar lichaamsvet zich opstapelt, is belangrijk voor je gezondheid:
- Lichaamsvet kan zich opstapelen in je buik en/of op andere plaatsen, zoals je heupen en je dijen. Met wat fantasie kan je dit onderverdelen in mensen met een ‘appelvorm’ of een ‘peervorm’.
- Personen met een appelvorm, dus met te veel opgestapeld vet op de buik, hebben meer kans op diabetes en hart- en vaatziekten.
- Daarom is het belangrijk om ook je middelomtrek te bepalen:
- Ben je een man met een middelomtrek van meer dan 94 cm of een vrouw met een middelomtrek groter dan 80 cm?
- Dan heb je een verhoogd gezondheidsrisico.
- Ben je een man met een middelomtrek groter dan 102 cm of een vrouw met een middelomtrek van meer dan 88 cm?
- Dan heb je een sterk verhoogd gezondheidsrisico.
Gevolgen
Obesitas kan lichamelijke, psychologische en sociale gevolgen hebben, waardoor je gezondheidsrisico toeneemt. Personen met obesitas hebben vaker last van:
- diabetes type 2;
- hart- en vaatziekten (hoge bloeddruk, verhoogde cholesterol, hartslagaderafwijkingen, trombose …);
- metabool syndroom;
- reumatische aandoeningen (jicht, artrose);
- slaapapneu;
- vervetting van de lever;
- menstruatiestoornissen en/of onvruchtbaarheid bij vrouwen;
- mentale problemen.
Wat kunnen je arts en andere zorgverleners doen?
Bevraging en onderzoek
Je zorgverlener bepaalt heel wat gegevens:
- je BMI en je middelomtrek, om de ernst van de obesitas in te schatten;
- je bloeddruk en vaak ook een bloedonderzoek, om aandoeningen op te sporen die het gevolg kunnen zijn van obesitas, zoals:
- Ervaar je sociale of psychologische problemen? Dan is het ook goed om daarover te praten. Zo kan je zorgverlener je obesitas en de gevolgen voor je gezondheid beter inschatten.
Behandeling
Op basis van al deze elementen stelt je zorgverlener je een behandeling voor:
- Is je BMI hoger dan 25 en heb je geen bijkomende aandoeningen?
- Dan is het belangrijk dat je niet verder aankomt in gewicht.
- De basis van de behandeling is een gezonde levensstijl. Die heeft een positief effect op je gezondheid, en dat is het belangrijkste.
- Is je BMI hoger dan 25 en heb je bijkomende aandoeningen, of is je BMI hoger dan 30?
- Dan kan je het best wat gewicht verliezen:
- Een gewichtsverlies van 5 tot 10% binnen 1 jaar levert al heel wat gezondheidsvoordelen op.
- Een aanvaardbare gewichtsafname is ongeveer 0,5 kg/week. Maar trager gewicht verliezen is ook mogelijk.
- Soms is het niet mogelijk om te vermageren. Dan is het belangrijk dat je niet verder aankomt.
- Ook hier vormt een gezonde levensstijl de basis van de behandeling.
Welke zorgverleners kunnen je helpen?
Naast je arts zijn er nog andere gezondheidswerkers die je goed kunnen helpen met je levensstijl aan te passen, zoals bijvoorbeeld:
- een diëtist,
- een kinesitherapeut of beweegcoach,
- een psycholoog.
Je arts stuurt je naar hen door als jullie dat samen een goed idee vinden.