Wat is het?
Sommige kinderen zijn trager in hun spraak- en taalontwikkeling dan hun leeftijdsgenootjes. Dat kan een gevolg zijn van een spraakprobleem, maar ook van bijvoorbeeld slechthorendheid, een verstandelijke beperking, motorische problemen, interactieproblemen binnen het gezin of een ontwikkelingsstoornis die gepaard gaat met contactproblemen zoals autisme.
Hoe kun je het herkennen?
Elk kind leert op zijn tempo. Maar wanneer je de indruk hebt dat je kind bepaalde vaardigheden niet 'tijdig' leert, is het belangrijk om dit op te merken zodat kan worden ingegrepen.
Tijdens hun eerste levensjaar leren kindjes hun stem te gebruiken: ze brabbelen. Ze leren zuigen, slikken en ook fruit- en groentenpap eten. Wees alert op een probleem in volgende gevallen:
- je kind gebruikt zijn stem weinig of brabbelt weinig;
- je kind maakt weinig 'contact' met volwassenen;
- je vermoedt dat je baby slecht hoort;
- je kind heeft moeilijkheden bij het eten;
- het tongriempje (frenulum) van je kind is verkort.
Tussen de leeftijd van 1 tot 2 jaar leren kindjes zich uitdrukken en produceren ze hun eerste woordjes. Wees alert op een probleem in volgende gevallen:
- je kind probeert geen woordjes te zeggen of drukt zich niet uit met gebaren;
- je kind lijkt slecht te horen of lijkt weinig commando's te begrijpen;
- je kind is niet alert;
- je kind treedt moeilijk 'in contact' met andere kindjes;
- je kind spreekt weinig rond de leeftijd van twee.
Kinderen van 3 tot 4 jaar leren steeds meer woordjes. Ook hun zinsconstructies worden complexer. Wees alert op een probleem in de spraak- en taalontwikkeling in volgende gevallen:
- je kind spreekt onduidelijk (blijft klanken of lettergrepen verwisselen van plaats, of kort lange woorden in);
- je kind kent weinig woorden, heeft moeite met het vinden van woorden of spreekt een 'eigen taal';
- je kind maakt nog grote grammaticale fouten;
- je kind praat erg beperkt: weinig of geen zinnen;
- je kind stopt niet om te luisteren naar commando's, er is 'slecht contact' en/of het heeft moeilijkheden om korte instructies op te volgen;
- 'stamelen' of 'stotteren' is op 3 jaar nog normaal, maar stottert je kind na die leeftijd nog of gaat het lange tijd door met 'stamelen' of
- 'stotteren', dan kan dit wijzen op een probleem.
Kinderen tussen 5 tot 6 jaar bereiken de lagereschoolleeftijd en leren steeds beter communiceren. Het is raadzaam om een logopedist te raadplegen voor controle en eventuele correctie wanneer ze op die leeftijd nog moeilijkheden hebben:
- met het uitspreken van de r, s, l , k en andere klanken;
- met spreken: onduidelijk spreken of stotteren;
- om de gesproken taal te begrijpen.
Hoe stelt je arts of zorgverlener de diagnose en wat kunnen ze doen?
De arts en logopedist zullen samen met ouders en kind nagaan in welke situaties de spraak- en taalproblemen optreden en in kaart brengen wat er lijkt mis te lopen. Ook bij het consultatiebureau van Kind en Gezin kan men hiervoor terecht.
Bij vermoeden van gehoorproblemen gebeurt een nazicht van de oren en een gehoortest. In Vlaanderen test Kind en Gezin sowieso het gehoor van elke baby één maand na de geboorte.
Door contact te maken met het kind en door de ouders te bevragen, gaat de arts na of en hoe het kind in interactie gaat, in welke (emotionele) ontwikkelingsfase het lijkt te zitten, hoe het zich in zijn vel voelt, wat de sociale factoren zijn die de communicatie belemmeren of bevorderen…
Zo kan hij, in samenwerking met een logopedist, het onderscheid maken tussen verschillende soorten problemen: verbaal probleem (dysfasie), slechthorendheid, verstandelijke beperking, ontwikkelingsstoornis die gepaard gaat met contactproblemen, motorische stoornis (dyspraxie), verwaarlozing, psychosociale problemen...
De arts zal de ontwikkeling van de taal- en communicatievaardigheden van je kind nauw opvolgen, zeker wanneer taal- of aandachtsmoeilijkheden in de familie voorkomen.
De logopedist 'traint' het kind om zijn communicatieve vaardigheden en taalontwikkeling te verbeteren en staat de ouders ook bij met advies.
In Vlaanderen zijn er enkele expertisecentra die zich specifiek bezighouden met taalontwikkelingsproblemen. Taalontwikkeling wordt in de kleuterschool opgevolgd in samenwerking met het Centrum voor LeerlingenBegeleiding (CLB).
Meer weten?
https://www.kindengezin.be/ontwikkeling/taal-en-communicatie/