Wat is het?
Leverbot is een besmetting van de lever door zuigwormen. Er bestaan verschillende soorten, waarvan Fasciola hepatica, Clonorchis sinensis en Opistorchis de voornaamste zijn. Dit zijn kleine platte wormen die zich kunnen vastzuigen in het weefsel.
Fasciola komt vooral voor bij graseters zoals schapen en runderen. De volwassen leverbot leeft in de lever en legt eitjes die via de gal in de stoelgang terechtkomen. Besmetting van de mens gebeurt meestal door het eten van watergroenten (voornamelijk waterkers), en soms ook door het drinken van besmet water, het eten van besmet rauw schapen- of geitenvlees of het kauwen op grassprieten die met uitwerpselen in contact zijn geweest.
Clonorchis en Opistorchis worden overgedragen door het eten van rauwe of gedeeltelijk gekookte vis. In de dunne darm groeien de larven uit tot wormen. Ze breken door de darmwand en gaan zich nestelen in de lever en galwegen. De volwassen worm legt eitjes, die dan met de stoelgang in de buitenwereld terechtkomen. Zo kan de cyclus herbeginnen.
Hoe vaak komt het voor?
Mensen zijn toevallige gastheren voor deze wormen. Het aantal met Fasciola besmette personen wordt wereldwijd geschat op ongeveer 2,4 miljoen, vooral in gebieden met intensieve schapenhouderij (bvb. Zuid-Amerika). Clonorchis komt vooral voor in China, Vietnam en Korea. Naar schatting 28 miljoen mensen zijn besmet. Opistorchis is zeldzaam en komt bijna uitsluitend voor in Zuidoost-Azië en Rusland. Sporadisch worden ook reizigers getroffen.
Hoe kun je het herkennen?
De klachten zijn het gevolg van de typische doortocht van de wormen door de darm naar de lever en galwegen. Tijdens deze migratie ontstaat koorts, buikpijn (vooral aan de rechterzijde, waar de lever ligt) en soms huiduitslag. Ook gewichtsverlies kan voorkomen. Zijn er zeer veel wormen aanwezig, dan kan leverbeschadiging en verstopping van de galwegen voorkomen, met mogelijk geelzucht (wit van de ogen en de huid verkleuren geel). Na verloop van tijd wordt de infectie chronisch. De symptomen verdwijnen dan meestal.
Hoe stelt je arts de aandoening vast?
Bij lichamelijk onderzoek stelt de arts leververgroting vast, en soms ook tekenen van bloedarmoede en geelzucht. De diagnose wordt gesteld door het vinden van de wormeitjes in de stoelgang of gal. In het bloed is er soms een verhoging van één type witte bloedcellen (de eosinofielen) en kan men ook antistoffen terugvinden.
Wat kun je zelf doen?
Was waterkers steeds goed voor consumptie, ook al is dat vaak niet voldoende om besmetting tegen te gaan. Beter is om de herkomst ervan na te gaan (bvb. bedrijf waar de dieren niet gemakkelijk bij de waterkersvelden kunnen komen). Vermijd ook het eten van rauwe vis.
Wat kan je arts doen?
De worminfecties worden behandeld met antiwormmiddelen. Omdat leverbot in België zo zeldzaam is, zijn de geneesmiddelen ertegen bij ons niet op de markt verkrijgbaar. Ze zijn enkel beschikbaar voor diergeneeskundig gebruik. De tabletten voor menselijk gebruik kunnen via je huisarts besteld worden bij de producent, in het buitenland, of via het Instituut voor Tropische Geneeskunde (Antwerpen).