Wat is een hoge bloeddruk?
Via de slagaders pompt je hart zuurstofrijk bloed naar de organen in je lichaam. Het bloed stroomt in de slagaders aan een bepaalde druk. Die druk noemen we de bloeddruk.
Je bloeddruk meten gebeurt ter hoogte van je bovenarm.
De waarden van je bloeddruk worden uitgedrukt in millimeter kwikdruk (mmHg).
We maken een onderscheid tussen:
- de bovendruk (systolische bloeddruk):
- Dat is de druk op het moment dat je hartspier samentrekt om het bloed in de slagaders te pompen.
- de onderdruk (diastolische bloeddruk):
- Dat is de druk op het moment dat je hartspier ontspant en je hart zich vult met bloed.
Wanneer heb je een hoge bloeddruk?
Bij deze meetwaarden: | Heb je: |
| een hoge bloeddruk (hypertensie) |
| een ernstige hoge bloeddruk (ernstige hypertensie) |
Zijn de meetwaarden hoger bij je arts dan wanneer je je bloeddruk thuis neemt? Dan heb je waarschijnlijk last van ‘wittejashypertensie’. Je bloeddrukwaarden stijgen dan tijdelijk door stress en angst voor de doktersafspraak.
Oorzaken
In de meeste gevallen (95%) is er geen oorzaak.
Een hoge bloeddruk zou deels in de genen zitten. Het kan ook een gevolg zijn van een ongezonde levensstijl: overgewicht, te weinig bewegen, te veel alcohol drinken of te veel zout eten.
Soms (in 5% van de gevallen) is hoge bloeddruk een gevolg van:
- een aandoening, bijvoorbeeld:
- slaapapneusyndroom;
- een nieraandoening;
- hormonale stoornissen.
- bepaalde geneesmiddelen.
Risico's
Een hoge bloeddruk is een van de belangrijkste oorzaken van hart- en vaatziekten.
Als je bloeddruk te lang te hoog is, loop je meer risico op:
- een hartaanval;
- een beroerte;
- dementie;
- hartfalen;
- vernauwde bloedvaten door slagaderverkalking;
- een verminderde werking van je nieren;
- aantasting van je zicht.
Hoe vaak komt een hoge bloeddruk voor?
Tot 15 op 100 jongvolwassenen hebben een te hoge bloeddruk zonder dat ze het weten.
Met het ouder worden stijgt je bloeddruk. Tussen de leeftijd van 35 en 64 jaar komt een hoge bloeddruk voor bij:
- ongeveer de helft van de mannen;
- een derde van de vrouwen.
1 op 4 mensen heeft last van wittejashypertensie (zie hoger).
Wereldwijd zijn 13 op 100 sterfgevallen bij volwassenen te wijten aan een te hoge bloeddruk.
Hoe kan je een hoge bloeddruk herkennen?
Een hoge bloeddruk veroorzaakt meestal geen klachten. Net daarom is het zo gevaarlijk:
- Het beschadigt je bloedvaten.
- De gevolgen ervan ondervind je pas na jaren.
Alleen als je bloeddruk zeer ernstig stijgt, kan je klachten hebben, bijvoorbeeld:
- een bloedneus;
- hoofdpijn;
- beperkte inspanningscapaciteit;
- kortademigheid;
- minder goed zien.
Hoe stelt je arts een hoge bloeddruk vast?
Je arts volgt je bloeddruk op. Soms gebeuren er extra onderzoeken.
Opvolging van je bloeddruk
Je arts meet je bloeddruk altijd wanneer:
- je tussen 40 en 80 jaar oud bent, ongeacht waarvoor je op raadpleging komt;
- je zwanger bent en tijdens de opvolging van je zwangerschap;
- je een chronische aandoening hebt, zoals:
- diabetes;
- nierfalen;
- hartfalen;
- je symptomen hebt die passen bij een hoge bloeddruk;
- je al een hoge bloeddruk hebt;
- je arts vermoedt dat je migraine hebt;
- je arts je de pil voorschrijft;
- je arts je onderzoekt in het kader van een sportkeuring.
Vermoedt je arts dat je een hoge bloeddruk hebt?
- Dan controleert je arts of verpleegkundige je bloeddruk een aantal keer voordat een behandeling wordt gestart.
- Je arts vraagt je ook om eerst je bloeddruk thuis zelf te meten (zie hieronder).
- Heb je thuis sterk verhoogde bloeddrukwaarden? Dan gaat je arts samen met jou na of er op die momenten een verband kan zijn met bijvoorbeeld:
- stress;
- intensief sporten;
- hartkloppingen.
Onderzoeken
Je arts vraagt naar je klachten en voert een grondig lichamelijk onderzoek uit.
Denkt je arts dat je hoge bloeddruk het gevolg is van een onderliggende aandoening? Dan gebeuren er extra onderzoeken:
- bloed nemen;
- een urineonderzoek;
- een hartfilmpje (elektrocardiogram of ecg);
- een opname van je hartritme gedurende 24 uur;
- een foto van je nieren;
- regelmatige controle van het effect van de hoge bloeddruk op je organen (zoals je nierfunctie en je zicht).
Wat kan je zelf doen?
Bloeddruk zelf meten
Denk je dat je een hoge bloeddruk hebt? Meet dan je bloeddruk thuis. Dat doe je best met een bovenarmdrukmeter. Die toestellen zijn nauwkeuriger en betrouwbaarder dan een polsbloeddrukmeter.
Zoek je een toestel om je bloeddruk te meten? Vraag dan advies aan je apotheker of in je thuiszorgwinkel.
Hoe meet je je bloeddruk?
- Meet je bloeddruk gedurende 7 opeenvolgende dagen, 4 keer per dag:
- twee keer kort na elkaar ’s ochtends tussen 6 en 9 uur;
- twee keer ’s avonds tussen 18 en 21 uur.
- Meet je bloeddruk:
- zittend;
- na 5 minuten rust;
- met de band rond je ontblote bovenarm.
- Zorg ervoor dat je ontspannen bent. Meet je bloeddruk dus beter niet:
- na het opstaan;
- onmiddellijk na de maaltijd;
- na een inspanning;
- als je stress hebt.
- Noteer je waarden en vermeld eventuele bijzonderheden, bijvoorbeeld:
- Je hebt slecht geslapen.
- Je bent kwaad geweest.
- Je hebt een lange autorit achter de rug.
- Je bent ziek geweest.
Gezonde levensstijl
Gezonde leefgewoontes zijn vaak voldoende om je bloeddruk te doen dalen:
- Rook je? Probeer dan te stoppen. Laat je eventueel begeleiden door een erkend tabakoloog.
- Vermijd lang stilzitten en beweeg voldoende.
- Een kinesist of een Bewegen Op Verwijzing-coach kan je helpen om hiermee te starten.
- Let op je gewicht.
- Heb je overgewicht of obesitas? Dan kan een aantal kilo's afvallen al voldoende zijn om je bloeddruk te doen dalen.
- Eet niet te veel zout.
- Eet niet meer dan 5 tot 6 gram zout per dag (+/- een afgestreken koffielepel).
- Het meeste zout dat we eten, is toegevoegd aan voedingsmiddelen. Etenswaren die veel zout bevatten, zijn bijvoorbeeld:
- brood;
- kaas;
- vleeswaren;
- kant-en-klare maaltijden;
- hartige snacks.
- Probeer zo weinig mogelijk zout te gebruiken bij het koken. Verse kruiden en specerijen zijn een goed alternatief.
- Drink niet te veel alcohol.
- Drink niet meer dan vier koppen koffie of andere dranken met cafeïne per dag.
- Met het DASH-dieet kan je je bloeddruk aanzienlijk verlagen.
- Dit dieet is rijk aan:
- groenten;
- fruit;
- volkoren granen;
- noten en peulvruchten;
- halfvolle en magere zuivel;
- gevogelte;
- vis.
- Een diëtist kan je helpen om hiermee te starten.
- Probeer stress te vermijden. Relaxatieoefeningen en biofeedback (een therapie waarbij je je eigen lichaamsfuncties leert beheersen) kunnen daarbij helpen.
Wat kan je arts of zorgverlener doen?
Streefwaarde bloeddruk bepalen
Welke bloeddruk voor jou het best is (de streefwaarde), is afhankelijk van je risico op hart- en vaatziekten. Voor iemand met diabetes of nierfalen ligt de streefwaarde bijvoorbeeld lager.
Je arts beschikt over de juiste informatie om jouw risico op hart- en vaatziekten en dus ook jouw streefbloeddruk te bepalen.
Risico op hart- en vaatziekten bepalen
Risicofactoren
Naast een hoge bloeddruk kunnen andere aandoeningen of factoren je risico op hart- en vaatziekten verhogen, bijvoorbeeld:
- roken;
- een hart- en vaatziekte (gehad) hebben;
- hart- en vaatziekten in je familie:
- je vader of broer heeft een hartaanval gehad voor de leeftijd van 55 jaar;
- je moeder of zus heeft een hartaanval gehad voor de leeftijd van 65 jaar;
- diabetes;
- te hoge cholesterol;
- overgewicht en obesitas;
- weinig lichaamsbeweging en lang stilzitten;
- ongezonde voeding;
- verminderde nierwerking in een gevorderd stadium;
- zwaar alcoholgebruik (meer dan 6 eenheden per dag);
- reuma (reumatoïde artritis);
- hogere leeftijd.
Mannen hebben een hoger risico op hart- en vaatziekten dan vrouwen.
Risicoprofiel en -score
Je huisarts kan op basis van de aanwezige risico’s een risicoprofiel opstellen. Dat kan voor mannen vanaf 40 jaar en voor vrouwen vanaf 50 jaar.
Je risicoprofiel leidt tot een geschatte risicoscore volgens:
- je geslacht;
- je bloeddruk;
- je cholesterolwaarden;
- of je al dan niet rookt.
Je arts vergelijkt die score met een risicotabel. Zo schat je arts hoeveel risico je loopt om binnen de tien jaar aan een hart- of vaatziekte te overlijden (bijvoorbeeld aan een hartaanval).
Behandeling
Een gezonde levensstijl is belangrijk. Naast je arts kunnen ook andere zorgverleners je daarbij helpen, zoals een verpleegkundige of diëtist.
Je arts schrijft medicatie voor om je bloeddruk onder controle te krijgen als:
- een gezondere levensstijl onvoldoende effect heeft op je bloeddruk;
- je bloeddruk erg hoog is;
- je een hoog risico loopt om te overlijden aan een hart- of vaatziekte.
Medicatie
De keuze van medicatie hangt af van:
- je medische voorgeschiedenis;
- een eventuele andere aandoening, zoals:
- een hart- of vaatziekte;
- een nierziekte;
- diabetes.
- bepaalde symptomen, zoals hartkloppingen.
Het kan dat je arts meer dan één geneesmiddel voorschrijft. De combinatie van verschillende geneesmiddelen in een lage dosis heeft namelijk een beter effect dan één geneesmiddel in een hoge dosis.
Controle
- Je arts of verpleegkundige meet regelmatig je bloeddruk.
- Dat gebeurt tot de streefwaarde is bereikt en stabiel blijft.
- Daarna volstaat een maandelijkse, driemaandelijkse of zelfs halfjaarlijkse controle.
- Eén keer per jaar gebeurt er een bloed- en urineonderzoek.
- Je arts bepaalt regelmatig je risico op hart- en vaatziekten.
Heb je naast een hoge bloeddruk ook andere aandoeningen, zoals diabetes of een nierziekte? Dan volgen de controles elkaar sneller op.
Meer weten?
- Thuisarts.nl: hoge bloeddruk
- De Hartstichting: hoge bloeddruk
- Stoppen met roken: vind een tabakoloog
- Beweging bij hoge bloeddruk
- Bewegen Op Verwijzing
- DASH-dieet
- FarmaInfo: informatie over geneesmiddelen
Bronnen
- www.ebpnet.be
- De Cort P, Christiaens T, Philips H, Goossens M, Van Royen P. Aanbeveling voor goede medische praktijkvoering: Hypertensie. Huisarts Nu. 2009;38:340-61.
- BCFi.
- Hypertension. Dynamed. EBSCO Information Services. Sep 2024.
- Assessment of hypertension. BMJ Best Practice. Mei 2024.
- Cardiovascular disease – hypertension. PEN. Sep 2023.