Wat is het?
Een paniekstoornis is een vorm van angststoornis met de paniekaanval als voornaamste kenmerk. Hierbij krijgt de persoon, in dit geval het kind, een plots gevoel van onwel worden en angst- of paniekgevoelens.
De klachten kunnen uiteenlopend zijn; ze variëren van kortademigheid en beklemmend gevoel op de borst tot hartkloppingen, beven, tintelingen en duizeligheid.
Angst en paniek zijn in bepaalde situaties normale reacties. Ze worden abnormaal wanneer ze het normale functioneren van het kind belemmeren en de angst niet in verhouding is tot de omstandigheden.
Typisch bij een paniekstoornis is dat men na een eerste aanval steeds angst heeft om een nieuwe aanval te krijgen, waardoor men er alles aan zal doen om uitlokkende situaties te vermijden (vermijdingsgedrag). Dit heeft op termijn een nefast effect op het functioneren en de levenskwaliteit van het kind.
Vaak is de aanleiding of oorzaak onduidelijk. Mogelijk ligt een erfelijke factor aan de basis. Meestal is er voor de paniekaanval op jonge leeftijd al een uitlokkende factor, zoals het overlijden van een geliefd persoon of familielid, een scheiding, ziekte, pestgedrag op school e.d. Zo zouden kinderen met scheidingsangst een groter risico hebben op paniekstoornissen op latere leeftijd.
Hoe vaak komt het voor?
Meer dan 10% van de kinderen vertoont ooit symptomen van een paniekstoornis.
Volgens studies lijdt 1,7 tot 7,6% van alle kinderen op een bepaald ogenblik aan een schoolfobie.
De symptomen treden vaker op met het ouder worden. Zo heeft 3-4% van de bevolking paniekstoornissen.
Hoe kun je het herkennen?
Een paniekstoornis treedt meestal voor het eerst op tussen de leeftijd van 5 en 10 jaar.
De klachten kunnen erg uiteenlopend zijn. Typisch zijn wel een overreactie van het zenuwstelsel met als symptomen hartkloppingen, zwaktegevoel, rillen, gevoel te zullen sterven of gek te worden, ademnood, duizeligheid, beklemming of pijn op de borst, tintelingen in de vingers en het gelaat, gevoel van verstikking, zweten, opvliegers, wazig zicht.
Hoe stelt je arts de aandoening vast?
Op basis van het opkomen en het verloop van de klachten zal de arts snel een vermoeden hebben van de diagnose.
Maar omdat de symptomen vaak zo atypisch zijn en bij verscheidene ziektebeelden kunnen voorkomen, zal hij soms overgaan tot onderzoeken. Deze zijn gericht op het met zekerheid uitsluiten van andere aandoeningen zoals een abnormale schildklierwerking, astma, hartaandoening….
Wat kun je zelf doen?
Heb je het vermoeden dat je kind lijdt aan een paniekstoornis, probeer dit dan altijd te bespreken.
Door de aard van de klachten te verklaren, kan je je kind al geruststellen.
Praat er ook over met de leerkrachten op school, zodat zij weten hoe ze moeten reageren.
Vermijd koffie, thee en cafeïnehoudende frisdranken zoals cola en Red Bull omdat zij klachten kunnen uitlokken die lijken op een paniekaanval (vb. hartkloppingen).
Wat kan je arts doen?
De arts zal je doorgaans verwijzen naar een kinderpsychiater om de juiste diagnose te stellen.
De behandeling bestaat uit psychologische begeleiding, meestal cognitieve gedragstherapie.
Medicatie is zelden nodig en wordt gestart door de specialist. Zijn de klachten te ernstig of dreigen ze chronisch te worden, dan kan de arts het gebruik van antidepressiva overwegen.
Meer weten?
- https://www.thuisarts.nl/angststoornis/mijn-kind-heeft-paniekstoornis
- https://www.kindengezin.be/opvoeding/opvoedingsvragen/angsten/omgaan-met-angsten-tips/
- https://www.caw.be/jac/zoek-antwoorden/je-goed-voelen/
- https://www.noknok.be/
- https://awel.be/