Wat is het?
Het oog bestaat uit verschillende delen. De buitenkant van het oog is de harde oogrok, het wit van het oog. Vooraan in het oog ligt het hoornvlies en de lens: deze zorgen ervoor dat de lichtstralen gebundeld worden voor ze gevangen worden op het netvlies helemaal achter in het oog.
Het netvlies is dus een soort van ‘scherm’ waartegen de beelden die we zien geprojecteerd worden. Via de oogzenuw worden deze beelden of signalen doorgestuurd naar de hersenen, die er dan een echt beeld van maken.
Tussen de lens aan de voorkant en het netvlies aan de achterkant van het oog bevindt zich een ruimte gevuld met glasvocht. Glasvocht is een soort van heldere gelei die ervoor zorgt dat het oog zijn ronde vorm kan behouden. Bij het ouder worden verandert het glasvocht een beetje van structuur, waardoor het krimpt, gaat trekken aan de aanliggende structuur en zo kan loskomen.
Bij een glasvochtloslating komt de achterkant van het glasvocht dus los van de oppervlakte van het netvlies in de oogbol.
Bij wie komt het voor?
Glasvochtloslatingen komen meestal voor bij mensen ouder dan 60 jaar, maar kunnen ook vroeger optreden bij mensen die bijziend zijn (en bij wie het oog langer is dan normaal).
Ook na een letsel of een operatie aan het oog is er een verhoogd risico op glasvochtloslating.
Hoe kun je het herkennen?
Mogelijk ondervind je geen klachten van een glasvochtloslating, zeker als het traag ontstaat.
Bij een snel optredende glasvochtloslating kun je als symptomen bewegende schaduwen, zwevende vlekken en troebelheden merken in het gezichtsveld, soms bechreven als ‘zwarte vliegjes’. Deze vlekken, schaduwen en troebelheden bewegen mee met de oogbewegingen en je kan erdoor zien. Een glasvochtloslating doet geen pijn.
Door een glasvochtloslating kan er aan het netvlies getrokken worden, waardoor je lichtflitsen kunt zien. Dit kan evolueren tot een netvliesloslating, waarbij er een schaduw zal verschijnen in het gezichtsveld, als een soort ‘gordijn’ waardoor je een deel van je zicht mist.
Het scheuren van een bloedvat kan een glasvochtbloeding veroorzaken. Dit merk je meestal als een mist of waas in het gezichtsveld. Ernstige bloedingen kunnen ervoor zorgen dat je minder scherp ziet.
Hoe stelt je arts de aandoening vast?
De arts zal verschillende vragen stellen tijdens de raapleging, en je doorverwijzen naar de oogarts voor een oogonderzoek.
De oogarts kan de diagnose stellen en een netvliesloslating en ernstige glasvochtbloedingen uitsluiten.
Als je verschillende zwarte vlekken of een schaduw ziet, moet je binnen de 24 uur een oogarts raadplegen. Dit kan immers wijzen op een ernstige glasvochtbloeding en een netvliesloslating.
Bij minder ernstige symptomen raadpleeg je best een oogarts tussen 1 week en 1 maand na het ontstaan van de klachten.
Wat kun je zelf doen?
Als je vermoedt dat je een glasvochtloslating hebt, raadpleeg dan zo snel mogelijk een arts, om een netvliesloslating en een ernstige glasvochtbloeding uit te sluiten.
Wat kan je arts doen?
Als de arts heeft vastgesteld dat er geen complicaties zijn, zoals een netvliesloslating of een ernstige glasvochtbloeding, dan is er geen behandeling nodig.
De symptomen zullen geleidelijk aan verdwijnen na enkele maanden. Kleine, zwevende schaduwen of vlekjes blijven meestal merkbaar in het gezichtsveld, maar belemmeren zelden het gezichtsvermogen.
Als je een glasvochtbloeding hebt zonder complicaties, hoef je niet op controleraadpleging te gaan bij de oogarts.
Als de klachten erger worden, laat je je wel best opvolgen door een oogarts.
Meer weten?
https://www.thuisarts.nl/glasvochtloslating/ik-heb-glasvochtloslating