Wat is het?
Hondsdolheid (rabiës) is een aandoening die een besmet dier via speeksel kan overdragen op de mens. Het is een virusinfectie van de hersenen die meestal dodelijk afloopt.
Alle zoogdieren kunnen deze aandoening krijgen. Bij ons gaat het vooral om vossen, ratten, veldmuizen, vleermuizen en bunzings. Ook huisdieren zoals honden en katten kunnen de ziekte krijgen.
Hondsdolheid komt niet meer in België voor, maar wel in andere Europese landen bij dieren die in het wild leven.
Hondsdolheid herkennen bij dieren
Een dier met hondsdolheid vertoont abnormaal gedrag zoals onrust, agressie of zwerfgedrag. Wilde dieren overwinnen hun normale schuwheid. Ze worden abnormaal tam en durven zich veel dichter bij mensen te wagen.
Preventieve vaccinatie
Het kan nuttig zijn om je te laten vaccineren tegen hondsdolheid als je tot een van de volgende risicogroepen behoort:
- veehandelaars;
- boswachters;
- dierenartsen;
- speleologen;
- actieve fietsers en joggers in risicogebieden;
- personen die lange tijd in een afgelegen landelijk ontwikkelingsgebied verblijven waar binnen 24-48 uur geen vaccin beschikbaar is.
Preventieve vaccinatie geeft geen volledige bescherming, maar verkort wel het vaccinatieschema als je besmet zou raken.
Wat stel je vast?
- Het slachtoffer werd gebeten, gekrabd of kreeg een lik op de slijmvliezen door een hond of een dier dat in het wild leeft.
- In het begin van de ziekte heeft het slachtoffer koorts. Hij of zij voelt zich ziek en heeft hoofdpijn.
- Hij of zij heeft een verminderde eetlust, een pijnlijke keel en voelt zich misselijk.
- Het slachtoffer wordt prikkelbaar en is vaak overgevoelig voor licht en geluid.
- Hij of zij heeft een abnormaal gevoel in het gebeten lichaamsdeel: soms een koudegevoel, dan weer jeuk of pijn.
- De spieren raken langzaamaan verkrampt. Drinken kan een kramp uitlokken van de slik- en ademhalingsspieren.
- Verlammingsverschijnselen treden overal op. Door verlamming van de kaakspieren begint het slachtoffer te kwijlen.
- Uiteindelijk raakt het slachtoffer in coma en sterft. Een fataal verloop kan enkel voorkomen worden door onmiddellijke actie na een mogelijke besmetting.
Aanbeveling
- Reinig onmiddellijk de wonde van het slachtoffer met water en zeep gedurende 15 minuten.
- Ontsmet de wonde vervolgens grondig.
- Raadpleeg meteen gespecialiseerde hulp. De behandeling moet zo snel mogelijk van start gaan, nog voordat de eerste ziektetekenen verschijnen.
- Houd een dier dat je van hondsdolheid verdenkt en dat een mens heeft gebeten, indien mogelijk, in quarantaine.
- Laat het dier observeren door een dierenarts.
Meer informatie
- Lees ook Help! Eerste hulp voor iedereen met gedetailleerde eerstehulptips van Rode Kruis-Vlaanderen.
- Bekijk ook het instructiefilmpje van het Rode Kruis hieronder.