Wat is het?
Het menselijk oor vervult twee functies: het gehoor en het evenwicht. Het buitenoor (de oorschelp en de gehoorgang), het middenoor (het trommelvlies en de gehoorbeentjes) en het binnenoor (het slakkenhuis en de gehoorzenuw) zorgen voor het gehoor.
Het evenwicht wordt geregeld door een evenwichtsorgaan dat zich eveneens in het binnenoor bevindt.
Het evenwichtsorgaan is gevuld met een dikke vloeistof (de endolymfe). Het systeem werkt als een soort waterpas. Bij verandering van houding verplaatst de endolymfe zich en stuurt informatie over de positie van ons lichaam langs een zenuw naar onze hersenen. Zo weten we altijd in welke houding ons lichaam zich bevindt en wordt ons evenwicht bewaard.
Soms werkt het systeem met enige vertraging. Onze hersenen kunnen dan de veranderingen van houding niet snel genoeg volgen. Zo worden we bijvoorbeeld wagenziek of misselijk op een schommel.
De ziekte van Ménière ontstaat door een teveel aan endolymfe. Hierdoor neemt de druk in het binnenoor toe, en wordt ons evenwichtsgevoel ontregeld.
De oorzaak hiervan is onbekend. Cafeïne, tabak, alcohol, zout en taurine zouden hierop een negatieve invloed kunnen hebben. Over de rol van stress is men het niet eens. Personen onder stress krijgen vaker aanvallen van de ziekte van Ménière, maar daarom is er nog geen oorzakelijk verband.
Hoe vaak komt het voor?
De ziekte van Ménière is zeldzaam en komt in Europa voor bij 50 à 200 per 100.000 personen.
Voor België betekent dit tussen 5.000 en 20.000 mensen die hierdoor worden getroffen.
De ziekte komt meestal voor tussen de leeftijd van 20 en 60 jaar.
Hoe kun je het herkennen?
Bij de ziekte van Ménière heb je last van aanvallen van draaiduizeligheid, oorsuizen en gehoorverlies.
Bij draaiduizeligheid heb je het gevoel dat de kamer ronddraait.
De gehoorklachten zijn meestal beperkt tot een kant. Vaak heb je een gevoel van druk in het oor kort voor de aanval. Soms wordt het geluid vervormd en hoor je een galmende klank.
Een typische aanval kan gepaard gaan met misselijkheid en braken en duurt van 20 minuten tot 12 uur. Hierna herstelt het gehoor zich meestal geleidelijk, maar niet altijd.
Het bewustzijn blijft tijdens de aanval normaal en er zijn geen verlammingsverschijnselen.
Bij sommigen (15-50%) komt de slechthorendheid later aan twee kanten voor.
Hoe stelt je arts de diagnose?
De arts baseert de diagnose van Ménière op het samen voorkomen van de drie voornaamste symptomen: oorsuizen, terugkerende draaiduizeligheid en verminderd gehoor.
Hij zal je ook vragen om, zonder je hoofd te draaien, met je blik zijn vinger te volgen terwijl hij die in alle richtingen beweegt. In geval van Menière maakt de oogbol snelle, schokkende bewegingen in één bepaalde richting wanneer je naar binnen, naar buiten, naar boven of naar onder kijkt. Dit fenomeen noemt men nystagmus.
Daarnaast zal je arts een basis neurologisch onderzoek verrichten.
Vaak wordt de diagnose pas na meerdere aanvallen gesteld.
Een raadpleging bij een neus-keel-oorarts is nodig voor verder onderzoek, met onder andere een gehoor- en een evenwichtsonderzoek.
Wat kun je zelf doen?
De aanvallen van draaiduizeligheid zijn vaak heftig. Meestal moet je dan gaan liggen tot de aanval over is.
Zodra de duizeligheid vermindert, kun je proberen je dagelijkse bezigheden weer op te nemen. Dit bevordert het herstel.
Vermijd stress en leef gezond. Dit is even belangrijk als medicatie.
Voldoende bewegen is belangrijk.
Bij de meeste mensen houden de aanvallen na verloop van jaren vanzelf op.
Bij frequente aanvallen kan de specialist je een oefenprogramma geven om thuis uit te voeren.
Door oefeningen te doen die normaal gezien de klachten uitlokken, kun je een soort gewenning ontwikkelen, waardoor de klachten wegblijven of toch minder hevig worden.
Wat kan je arts doen?
Voor een acute aanval wordt een antibraakmiddel voorgeschreven. Eventueel in de vorm van zetpillen.
De plaats van medicatie in de aanpak van de ziekte van Ménière is zeer beperkt. De behandeling met medicatie (betahistine of een plaspil), kan eventueel geprobeerd worden. Meestal start men met een hoge dosis betahistine tot de klachten verdwijnen. Daarna bouwt men de medicatie af tot de minimale dosis waarbij geen klachten optreden, en houdt men dat gedurende drie maanden aan.
Betahistine heeft mogelijk een gunstig effect op de duizeligheid en het oorsuizen, maar niet op de gehoordaling. Het is echter nog niet bewezen dat het werkzamer is dan placebo in het voorkomen van aanvallen.
Een plaspil (diureticum) in lage dosis is enkel geschikt als men geen last heeft van lage bloeddruk. Hiermee zou de hoeveelheid vocht in het binnenoor afnemen.
Meer gespecialiseerde behandelingen worden overgelaten aan een neus-keel-oorarts (NKO-arts).
Ben je met de ziekte van Ménière rijgeschikt?
In België wordt de rijgeschiktheid bepaald door een Koninklijk Besluit betreffende het rijbewijs, waarvan bijlage 6 de minimum normen en attesten inzake de lichamelijke en geestelijke geschiktheid voor het besturen van een motorvoertuig regelt.
Artikel 8 van deze bijlage handelt over aandoeningen van het gehoor en vestibulair systeem, en bepaalt dat iemand met plotse aanvallen van duizeligheid of evenwichtsstoornissen niet rijgeschikt is.
Deze persoon moet bij een neus-keel-oorarts van zijn keuze een rijgeschiktheidsattest vragen. Voor beroepschauffeurs is een geschreven verslag van de specialist nodig.
Het is dus de neus-keel-oorarts die bepaalt of en hoelang je rijongeschikt bent.
Het is je eigen verantwoordelijkheid om bijzonderheden over je gezondheidstoestand te melden aan de verkeerspolitie bij aanvraag van een rijbewijs, en aan je verzekeraar.
Meer weten?
https://www.thuisarts.nl/ziekte-van-menière