Wat is het?
Een tand bestaat uit verschillende delen:
- de kroon: het zichtbaar gedeelte;
- de hals: het stukje dat onder het tandvlees zit;
- de wortel: het deel waarmee de tand vastzit in het kaakbeen. In de wortel zitten ook zenuwen en bloedvaatjes. Samen noemen we dat de pulpa.
Kinderen hebben 20 voorlopige tanden, de melktanden. De eerste melktandjes verschijnen rond de leeftijd van 6 maanden, al kan dat individueel nogal verschillen. Rond 2,5 jaar is het melkgebit volledig ontwikkeld. De melktanden vallen spontaan uit, meestal vanaf de leeftijd van 6 jaar. Ze maken plaats voor 32 definitieve tanden.
Je wisselt maar één keer van tanden. Als je een definitieve tand verliest, zal er nooit meer een nieuwe in de plaats komen.
Tandletsels veroorzaakt door ongevallen
Door een ongeval kunnen deze problemen ontstaan:
- een losse tand (door tandontwrichting of tandverplaatsing);
- een gebroken tand (breuk van de kroon of de wortel);
- een uitgerukte of uitgeslagen tand.
Wat kan je zelf doen?
Ga bij een tandletsel zo snel mogelijk naar je tandarts.
- Tijdens het weekend of op een feestdag contacteer je de regionale wachtdienst op het nummer 0903 399 69.
- De wachtdienst is bereikbaar tussen 9 en 18 uur.
- Buiten die uren kan je bij een ongeval of nabloedingen naar de dienst spoedgevallen.
De tand zit los
- Probeer de tand met een zachte druk weer op zijn plaats te krijgen.
- Ga dezelfde dag nog naar de tandarts.
- Tot je bij de tandarts bent, bedek je de tand best met een gaasje. Je mag daar lichtjes op bijten om de tand op zijn plaats te houden en het bloeden te verminderen.
De tand is gebroken
- Ga dezelfde dag nog naar de tandarts.
- Als je het afgebroken stukje tand vindt, neem het dan mee naar de tandarts. Bewaar het stukje tand in een beetje melk.
De tand is uitgeslagen of uitgerukt
Als je tand minder dan 60 minuten uit de tandholte is verwijderd, heb je een goede kans op herstel.
- Neem de tand bij de kroon vast, nooit bij de wortel!
- Bij zichtbaar vuil spoel je de tand kort in wat water of melk, maar wrijf de tandvliezen die de wortels bedekken niet schoon en raak ze niet onnodig aan.
- Plaats de tand direct (!) terug in de holte en bijt dicht op een propere katoenen zakdoek. Of bewaar de tand in een potje met melk of in je mond onder je tong.
- Bewaar de tand zeker niet droog of in water.
- Ga onmiddellijk naar de dichtstbijzijnde tandarts. Elke minuut telt. De tandarts kan de tand binnen het uur op de juiste plaats terugzetten en fixeren.
Ook als er geen zichtbare beschadigingen zijn, is het verstandig om na een val of stoot je gebit te laten controleren door een tandarts.
Heb je pijn? Dan kan je een pijnstiller (paracetamol) nemen.
Wat kan je (tand)arts doen?
De tandarts van wacht zal in de meeste gevallen de eerste dringende tandverzorging doen. Voor verdere behandeling moet je naar je eigen tandarts.
Gaat het om een definitieve tand? Dan zal de tandarts altijd proberen om die te herstellen en te behouden.
De tand zit los
Tandontwrichtingen zijn meestal het gevolg van een slag, waardoor de tand scheef staat en los zit. Vaak zijn ook de tanden ernaast beschadigd.
De tandarts zal de tand in de juiste positie plaatsen en hem vastzetten (fixeren). Een tand wordt gefixeerd door hem met behulp van een spalk (bijvoorbeeld een stevige metalen draad) te verbinden met naburige tanden.
De tand is gebroken
Een afgebroken stuk van een tand kan worden teruggeplaatst of worden vervangen door composiet.
Het grootste risico is dat de bloedvaten en zenuwen in de tand (de pulpa) afsterven en ontstoken raken. Daarom zal je tandarts in de weken na het ongeval controleren of de pulpa nog leeft. Dat gebeurt door een koud watje tegen de tand te drukken (een koudetest).
Als een röntgenfoto bevestigt dat de pulpa afgestorven of ontstoken is, wordt de tand met een spalk vastgezet (gefixeerd). Dat kan 4 weken tot 3 maanden nodig zijn. Het is mogelijk dat de tand op lange termijn toch verloren gaat.
Als de pulpa afsterft en niet tijdig wordt behandeld, kan de tand grijs-blauw verkleuren.
De tand is uitgeslagen of uitgerukt
Uitgerukte melktanden worden niet opnieuw ingeplant, zodat de permanente tand eronder niet beschadigd raakt.
Een definitieve tand zal je tandarts wel proberen terug te plaatsen. De tand wordt met een spalk vastgezet aan de tanden ernaast. Als dat binnen een uur gebeurt, zijn de vooruitzichten het best. De spalk moet meestal een week blijven zitten.
De tandarts zal ook antibiotica voorschrijven en nagaan of je inenting tegen tetanus nog in orde is. Indien nodig zal de tandarts je vaccineren.
Het grootste risico bij een uit- of losgeslagen tand is dat de tand niet meer vastgroeit in het kaakbot. In zo’n geval is de tand verloren.
Bij een uitgeslagen tand sterft de pulpa af. Er moet dus altijd een wortelkanaalbehandeling gebeuren. Daarbij zal de tandarts de pulpa verwijderen en daarna het wortelkanaal reinigen en opvullen.
Als je tand is teruggeplaatst, moet je nog een tijdje voorzichtig zijn: eet twee weken zachte voeding en gebruik een zachte tandenborstel en een ontsmettend mondspoelmiddel.