Wat is het?
Thoracic outlet
- Ter hoogte van je schouder komt een zenuw- en vaatbundel uit je ribbenkast (thorax) en hals, die naar je arm loopt.
- Deze plek noemen we de bovenste thoracale opening (‘thoracic outlet’).
Thoracic outlet syndroom (schoudergordelsyndroom)
- Bij sommige personen met een voorbeschikte lichaamsbouw kan de thoracic outlet vernauwd zijn.
- Daardoor wordt de zenuw- en vaatbundel op die plaats bij bepaalde houdingen afgekneld.
- Als gevolg daarvan ontstaan klachten, die we groeperen onder de naam thoracic outlet syndroom (TOS) of schoudergordelsyndroom.
Hoe vaak komt het voor?
Het schoudergordelsyndroom of thoracic outlet syndroom (TOS) komt vaker voor bij vrouwen dan bij mannen.
TOS is zeldzaam bij mensen ouder dan 50 jaar.
Hoe kan je het herkennen?
- De typische symptomen zijn pijn en gevoelloosheid in je:
- vingers;
- hand;
- onderarm;
- schouder.
- Activiteiten met je armen omhoog (op schouderhoogte of hoger) kunnen de klachten uitlokken.
- De pijn kan ook:
- uitstralen naar je borst;
- ’s nachts optreden, vaak na een inspanning.
Hoe stelt je arts de aandoening vast?
Je arts voert eerst voorzichtig een aantal tests uit:
- Hierbij probeert hij de opening waardoor de vaat- en zenuwbundel door de spieren in het schouder- en halsgebied naar buiten gaat, te verkleinen.
- De bedoeling is om klachten uit te lokken.
- Krijg je klachten? Dan wijst dat op schoudergordelsyndroom.
- Je arts gaat ook bijkomende tekenen van schoudergordelsyndroom na, zoals:
- een beperkte beweeglijkheid van je bovenste wervelkolom;
- Dit doet hij door te voelen.
- afwijkende polsslagen van je armslagader.
- Hiervoor beluistert hij je polsslag met een stethoscoop.
- een beperkte beweeglijkheid van je bovenste wervelkolom;
Bijkomende onderzoeken
Daarnaast vraagt je arts een aantal technische onderzoeken aan om andere oorzaken uit te sluiten:
- een röntgenfoto (Rx-onderzoek) van je ribbenkast en hoge wervelkolom;
- Dit onderzoek dient om een nekprobleem, een extra rib of een tumor uit te sluiten.
- een MRI-scan (beeldvorming met magnetische resonantie);
- Hiermee kan de arts een discushernia of neurologische aandoeningen zoals multipele sclerose (MS) opsporen.
- elektrodiagnostisch onderzoek (elektromyografie en zenuwgeleidingsonderzoek).
- Op basis van dit onderzoek kan de arts het onderscheid maken met andere oorzaken van druk op de zenuwen in de arm, zoals het carpaletunnelsyndroom.
- Daarbij is er druk op een zenuw in de pols.
Wat kan je zelf doen?
Bovenhands werk (op schouderhoogte of hoger) kan je het best zo veel mogelijk vermijden. Het lokt de klachten vaak uit, zeker wanneer je deze posities een tijdje moet aanhouden.
Maak een afspraak met je arbeidsarts wanneer je hinder ondervindt in je job.
Wat kan je arts of zorgverlener doen?
De hoeksteen van de behandeling is kinesitherapie.
- Je kinesitherapeut helpt je om:
- spiergroepen in je nek en hals te verstevigen;
- de beweeglijkheid van je nek verbeteren.
In het volgende filmpje geven we enkele voorbeelden van stretchoefeningen die je therapeut je kan geven.
Lees verder onder het filmpje.
- Door een verbeterde houding en betere beweeglijkheid wordt de opening voor de zenuw- en vaatbundel minder nauw. Zo zullen de klachten verminderen.
- Probeer de behandeling lang vol te houden. Enkel zo bereik je goede resultaten.
Een chirurgische ingreep wordt enkel voorgesteld in ernstige gevallen. Een arts neemt daarbij de oorzaak van de afknelling weg.
Meer weten?
https://www.hierhebikpijn.nl/aandoening/85/thoracic-outlet-syndroom