Wat is het?
De eerste maand na de bevalling zijn vrouwen extra gevoelig voor psychische stoornissen. De kans op depressie is dan bijvoorbeeld driemaal groter in vergelijking met vrouwen die niet zijn bevallen.
Een aantal risicofactoren vergroten deze kans: depressie vóór de zwangerschap, postnatale depressie na vorige bevallingen, eerste bevalling, relatieproblemen, ongehuwde moeder, keizersnede, familiale geschiedenis van stemmingsstoornissen en vooral persoonlijke voorgeschiedenis van een bipolaire stemmingsstoornis (een manisch-depressieve psychose).
De oorzaak van postnatale psychische stoornissen is moeilijk te duiden. Waarschijnlijk gaat het om een combinatie van lichamelijke (zoals hormonale veranderingen, stoornissen van de schildklierwerking), psychische en sociale factoren. Bij postnatale psychosen spelen mogelijk ook genetische factoren een rol.
Hoe vaak komt het voor?
Maar liefst 80% van de moeders ervaart een depressieve stemming 3-5 dagen na de bevalling, de zogenaamde ‘baby blues’. Dat is een normaal verschijnsel.
Echter, 10 tot 20% van de moeders voldoet aan de criteria van een postnatale depressie. Was de moeder vóór de zwangerschap al ooit depressief, dan stijgt het risico tot 25%. Had ze een postnatale depressie na een vorige bevalling, dan bedraagt het risico op herval 40%. Postnatale psychosen zijn gelukkig zeldzamer; ze komen voor bij 1-2 per 1.000 bevallingen.
Hoe kun je het herkennen?
Depressieve stemming na de bevalling (‘baby blues’)
Je huilt snel, bent prikkelbaar, hebt stemmingswisselingen, hoofdpijn, slaapstoornissen en verlies van eetlust. Je hebt dan nog geen postnatale depressie, maar het kan er wel een voorloper van zijn. Het verhoogt in elk geval het risico op een depressie.
Postnatale depressie
Een postnatale depressie ontstaat doorgaans in de eerste 3 maanden na de bevalling, hoewel het tot 6 maanden later nog kan voorkomen.
De voornaamste symptomen zijn slaapstoornissen, onvermogen om te genieten, concentratiestoornissen, gevoel de nieuwe gezinssituatie niet aan te kunnen, overbezorgdheid en angst voor de baby. Dit kan de ontwikkeling van een normale moeder-kindrelatie in gevaar brengen.
Bovendien blijkt dat kinderen van een moeder met een postnatale depressie later ook vaker psychiatrische problemen krijgen. Ook wiegendood komt bij deze kinderen meer voor.
Soms geven schildklierstoornissen aanleiding tot een postnatale depressie. De moeder vertoont dan ook symptomen van een te snel of te traag werkende schildklier, zoals gewichtsverlies of juist gewichtstoename, zweten of een droge huid, snelle of trage hartslag.
Postnatale psychose
Dit is de meest ernstige psychiatrische stoornis na de bevalling. Meestal beginnen de symptomen binnen de 14 dagen, wanneer de moeder terug thuis is.
Dikwijls zijn het de familieleden die bij de moeder vreemd gedrag opmerken. Het begint met rusteloosheid, slapeloosheid, agitatie en stemmingswisselingen, die evolueren naar verwardheid en manische psychose. De moeder gedraagt zich dan overactief, haar realiteitsbesef is gestoord en vertoont daardoor allerlei onvoorspelbaar gedrag. Soms is haar wereldbeeld extreem negatief, wat kan leiden tot suïcideneigingen.
Hoe stelt je arts de aandoening vast?
Het zijn doorgaans de familieleden die de gedragsverandering van de moeder opmerken.
De arts zal altijd een bloedonderzoek doen, o.a. om de werking van de schildklier te controleren. De moeder kan gescreend worden op postnatale depressie aan de hand van een vragenlijst.
Bij vermoeden van een psychose verwijst de arts de moeder steeds naar het ziekenhuis voor psychiatrische behandeling.
Men dient rekening gehouden met een verhoogde kans op herval bij volgende zwangerschappen. Daarom wordt al tijdens de zwangerschap het advies ingewonnen van een psychiater.
Wat kun je zelf doen?
Het is heel belangrijk om tijdig in te grijpen. Merk je symptomen op, dan moet je zo snel mogelijk het probleem bespreekbaar maken. Praat erover met je familie en met je arts. Zorg ervoor dat de zorg voor moeder en kind optimaal verloopt.
Wat kan je arts doen?
Een depressieve stemming gaat vanzelf over. Er is geen medicatie nodig. Ondersteuning van familie, arts en hulpverleners (kraamzorg) is voldoende.
Bij een postnatale depressie bestaat de behandeling uit psychotherapie en eventueel antidepressiva. De keuze van het antidepressivum hangt af van het feit of de moeder borstvoeding geeft. Sommige geneesmiddelen komen immers in de moedermelk terecht. Soms is het advies van de psychiater nodig.
Bij postnatale psychose is, omwille van het toegenomen risico op suïcide, een ziekenhuisopname vereist om de behandeling op te starten. Er wordt zowel psychotherapie als antipsychotica voorgeschreven. Er gebeurt momenteel onderzoek naar het gunstige effect van vrouwelijke hormonen (oestrogenen). Men past soms ook elektroshocktherapie toe. Bij een volgende zwangerschap zal de psychiater moeten overwegen of er eventueel preventief antidepressiva moet worden opgestart wegens het hoge risico op herval.
Meer weten?
https://www.thuisarts.nl/postnatale-depressie/ik-heb-depressie-na-bevalling