Wat is het?
- Je schouderblad is het platte bot aan de bovenkant van je rug:
- Over het schouderblad loopt een soort van kam.
- Het uiteinde ervan is het schouderdak (acromion).
- Het sleutelbeen (clavicula) is het been bovenaan je borstkas.
- Het schouderdak en het sleutelbeen komen boven de schouders samen en vormen het acromioclaviculair gewricht.
- Meerdere gewrichtsbanden versterken dat gewricht en dienen als extra ondersteuning voor de schouder.
Lees verder onder de afbeelding
Het acromioclaviculair gewricht kan ‘uit de kom’ raken. Dat noemen we een ontwrichting of luxatie.
- De ontwrichting is meestal het gevolg van een val op de schouder.
- Er zijn verschillende gradaties van ontwrichting.
Hoe vaak komt het voor?
Een letsel aan het acromioclaviculair gewricht komt meestal voor:
- bij mannen tussen de 20 en 30 jaar;
- bij contactsporten zoals hockey of rugby.
Hoe kan je het herkennen?
Ben je op je schouder gevallen, heb je pijn en zie je een zwelling (uitstulping) rond je schouderdak? Dan is je acromioclaviculair gewricht waarschijnlijk ontwricht.
Hoe stelt je arts de aandoening vast?
Lichamelijk onderzoek
- Je arts voelt altijd eerst op de pijnlijke plaats.
- Hij kan een uitstulping voelen: dat kan wijzen op een ontwrichting.
- Afhankelijk van de ernst, kan je arts het pianotoetsfenomeen vaststellen (zie verder).
Beeldvorming
- Op een foto (Rx) kan je arts zien of je schouder ontwricht is en hoe ernstig de ontwrichting is. Hij vergelijkt steeds de 2 schouders.
- Met een echografie of scan kan je arts nagaan of je gewrichtsbanden beschadigd zijn.
Ernstgradaties
- Graad 1:
- De gewrichtsbanden tussen het schouderdak en het sleutelbeen zijn uitgerekt;
- De 2 beenderen zijn nog met elkaar verbonden;
- De foto is normaal.
- Graad 2:
- Het uiteinde van het sleutelbeen is een klein beetje naar boven verschoven.
- Graad 3, 4, 5 en 6:
- De gewrichtsbanden, en in meer ernstige gevallen de structuren rondom het acromioclaviculair gewricht, zijn gekwetst. Daardoor is het gewricht onstabiel.
- Het uiteinde van het sleutelbeen is een klein beetje naar boven verschoven.
- Wanneer de arts op het uiteinde van het sleutelbeen drukt, reageert die als een pianotoets; dat noemen we het pianotoetsfenomeen.
Wat kan je zelf doen?
Hoe snel je je arm opnieuw mag gebruiken, hangt af van de ernst van het letsel en van de revalidatie. Volg het advies van je arts en je kinesitherapeut.
Wat kan je arts doen?
Je arts stelt je een behandeling voor rekening houdend met de ernst van de ontwrichting.
- Graad 1:
- Je mag je arm onmiddellijk bewegen binnen de pijngrenzen.
- Je mag de belasting geleidelijk verhogen in de loop van de weken na het ongeval.
- Graad 2:
- Je moet je arm laten rusten in een draagdoek gedurende 1 tot 3 weken.
- Daarna mag je:
- je arm bewegen binnen de pijngrenzen;
- de belasting geleidelijk aan verhogen.
- Graad 3:
- Een operatie is meestal niet nodig.
- Je moet je arm laten rusten in een draagdoek gedurende 1 tot 3 weken.
- Daarna mag je:
- je arm bewegen binnen de pijngrenzen;
- de belasting geleidelijk aan verhogen.
- Graad 4, 5 en 6:
- Een operatie is meestal nodig.
Wat kan je samen met je kinesitherapeut doen?
Je kinesitherapeut kan je begeleiden:
- tijdens de immobilisatieperiode: dat is de periode waarin je moet vermijden om het ontwrichte lichaamsdeel te bewegen;
- tijdens de revalidatieperiode.
Immobilisatieperiode
Je kinesitherapeut kan je tijdens deze periode begeleiden en je advies geven om:
- ervoor te zorgen dat je nog zoveel mogelijk kan blijven doen;
- je te leren omgaan met het feit dat je minder mag bewegen, ook al is het tijdelijk en plaatselijk;
- problemen te vermijden als gevolg van de ontwrichting, de operatie of de immobilisatie (complicaties voorkomen).
Je kinesitherapeut geeft je ook uitleg over de verschillende stappen van de revalidatie.
Revalidatieperiode
- Voor de start van de revalidatie maakt je kinesitherapeut een globale evaluatie van je situatie. Hij stelt je vragen en onderzoekt je om te beoordelen wat je nog allemaal kan in het dagelijkse leven.
- Daarna stelt hij samen met jou een revalidatieplan op. Dat plan houdt rekening met de globale evaluatie en de aanbevelingen van je arts.
Het doel van de revalidatie is dat je schouder en de omliggende gewrichten weer werken zoals ervoor, en misschien zelfs beter.
Je kinesitherapeut geeft je oefeningen:
- om je beweeglijkheid (mobiliteit) te herwinnen;
- zodat je weer voldoende kracht hebt om je schouder in verschillende situaties te bewegen en te controleren.
De oefeningen dienen ook om een nieuwe ontwrichting te voorkomen.
De revalidatie zorgt ervoor dat je je activiteiten kan hernemen, zoals werken, sporten of deelnemen aan culturele en sociale activiteiten.
Om te controleren of de ontwrichting goed geneest, doet je kinesitherapeut opnieuw een globale evaluatie van je situatie.
Meer weten?
Schouderklachten | Thuisarts.nl