Wat is het?
Sommige mensen hebben 3 keer per dag ontlasting, anderen 3 keer per week. Als je regelmatig meer dan 3 dagen geen ontlasting hebt of hard moet persen, dan spreken we van constipatie, verstopping of obstipatie.
- Omdat de stoelgang te lang in de dikke darm blijft zitten, wordt hij harder en droger.
- Doordat je vaak hard moet persen, kan je ook last krijgen van aambeien en kloofjes of scheurtjes aan de anus.
- Naar het toilet gaan doet dan pijn en soms is er wat (helderrood) bloedverlies.
- Ook buikkrampen en een harde, opgezette buik komen vaak voor.
Constipatie kent vele oorzaken:
- Je levensstijl, bijvoorbeeld:
- gebrek aan beweging;
- voeding met weinig vezels;
- onvoldoende vochtinname:
- niet naar het toilet gaan als je aandrang voelt (werk, school).
- Geneesmiddelen zoals:
- ijzer- en calciumpreparaten;
- opioïden (verdovende pijnstillers);
- maagzuurremmers;
- sommige antidepressiva;
- middelen tegen urine-incontinentie en de ziekte van Parkinson.
- Eigenaardig genoeg kunnen ook laxeermiddelen een oorzaak zijn.
- De darm is dan zodanig gewend aan het laxeermiddel dat het zonder niet meer lukt.
- Stoornissen van de stofwisseling en de klierwerking: soms ontstaat verstopping door:
- Neurologische oorzaken waarbij de zenuwwerking gestoord is, zoals bij:
- Structurele oorzaken: afwijkingen in de darm die de transit beïnvloeden zoals:
- een tumor in de dikke darm;
- de aanwezigheid van divertikels (zakvormige uitstulpingen op de darm);
- Psychogene oorzaken zoals een depressie of anorexia nervosa;
- Functionele oorzaken die aanleiding geven tot een te snelle of te trage doorgang van de stoelgang doorheen de darm, zoals bij:
- het prikkelbaredarmsyndroom;
- ‘slow transit’-constipatie;
- het verkeerd gebruik van de bekkenbodemspieren.
Hoe vaak komt het voor?
1 tot 6% van de volwassenen heeft last van constipatie.
- Jaarlijks ziet de huisarts ongeveer 6 mannen en 11 vrouwen met constipatie per 1000 patiëntencontacten.
- Het probleem wordt vermoedelijk wel nog ernstig onderschat. De meeste mensen gaan hiervoor niet naar de dokter.
- Ongeveer 10 tot 30% van de algemene bevolking ervaart op enig moment klachten van constipatie. Bij (immobiele) ouderen kan dat zelfs oplopen tot 80%.
Hoe kan je het herkennen?
Constipatie is een probleem waarvan je meestal al een lange tijd last hebt. Is je enige klacht dat je moeilijk naar het toilet kan gaan en heb je geen andere klachten? Dan mag je vrij gerust zijn dat er geen andere ziekte aan de basis ligt.
Er moet wel gezocht worden naar mogelijke onderliggende aandoeningen als:
- er op korte tijd een verandering optreedt van het stoelgangpatroon;
- de stoelgang abnormaal wordt, bijvoorbeeld:
- regelmatig diarree;
- aanwezigheid van bloed in de stoelgang;
- pijn bij ontlasting;
- er ook andere symptomen optreden, zoals:
- gewichtsverlies;
- buikpijn;
- er gevallen van darmkanker voorkomen bij naaste familieleden.
Hoe stelt je arts de aandoening vast?
Je arts stelt je vragen over:
- je stoelgangpatroon;
- je eet- en bewegingsgewoonten;
- je klachten;
- je (familiale) voorgeschiedenis.
Vervolgens onderzoekt je arts je buik en voert, indien nodig, een rectaal onderzoek uit.
Als je arts vermoedt dat een onderliggende ziekte de oorzaak is van je constipatie, vraagt die bijkomende onderzoeken aan, zoals:
- een radiografie (röntgenfoto) van je buik;
- een coloscopie.
- Bij een coloscopie wordt met een camera de binnenkant van je dikke darm bekeken.
- Als er letsels gezien worden op je darm, neemt de arts een klein stukje weefsel weg (een biopsie) voor verder onderzoek.
Wat kan je zelf doen?
Gezonde voedingsgewoonten
Het is belangrijk dat je voldoende vezels eet.
- Door een vezelrijke voeding neemt de hoeveelheid stoelgang toe en wordt die zachter.
- Dat prikkelt de darm om samen te trekken.
- Zo kan je gemakkelijker naar het toilet gaan.
- Belangrijke vezelbronnen zijn:
- volkoren granen (zoals volkoren brood, bruine rijst, volkoren pasta),
- groenten,
- fruit,
- peulvruchten,
- noten en zaden.
- Die voedingsmiddelen bevatten verschillende soorten vezels.
- Door ze te combineren en volop te variëren, krijg je het beste resultaat.
- Dierlijke producten bevatten geen voedingsvezels.
Voor een optimale werking van de vezels moet je ook voldoende drinken.
- Je drinkt best 1,5 tot 2 liter per dag.
- De voorkeur gaat uit naar water.
- Dat kan afgewisseld worden met koffie of thee.
- Een glas water bij het opstaan kan helpen om de darmwerking te stimuleren.
Ook een omvangrijk ontbijt met een beetje gezonde vetten kan helpen om de maagdarmreflex op te wekken. Voorbeelden daarvan zijn:
- yoghurt met havermout, wat noten en zaden, een stukje fruit en een kop thee;
- volkorenboterhammen belegd met verse platte kaas en appelschijfjes en een kop koffie.
Voldoende Bewegen
Beweging stimuleert je darmen, waardoor de ontlasting beter op gang komt.
- Probeer per week 150 tot 300 minuten matig tot intensief te bewegen.
- Dat kan door elke dag een klein halfuurtje te bewegen.
- Maar 3 keer 10 minuten of 2 keer een kwartier mag ook. Elke minuut en elke stap telt.
- Ga bijvoorbeeld wandelen, lopen, fietsen, zwemmen of tuinieren.
- Ook lang stilzitten probeer je best te vermijden. Sta elk half uur even recht om je benen te strekken.
Goede toiletgewoonten
Ga meteen naar het toilet zodra je aandrang voelt.
- Stel dat niet uit, ook al heb je het druk.
- Als je de aandrang steeds negeert, dan voel je die op de duur minder goed.
- De stoelgang blijft dan langer in je darmen en wordt droger en harder. Dat veroorzaakt verstopping.
Ook een goede houding op het toilet en voldoende tijd nemen om naar het toilet te gaan, zijn belangrijk. Te lang op het toilet zitten, doe je echter ook best niet. Dat vergroot de kans op aambeien.
Een vast ontlastingsmoment invoeren (bijvoorbeeld elke ochtend na het ontbijt) om je darmen te trainen kan ook helpen.
Wat kan je arts doen?
Je levensstijl aanpassen naar een levensstijl met voldoende beweging en een gezonde voeding is de eerste stap in de behandeling van constipatie.
Ook goede toiletgewoonten aanleren is belangrijk.
Bij ouderen kan buikmassage een positief effect hebben.
Als je geneesmiddelen of supplementen gebruikt die constipatie kunnen veroorzaken, bekijkt je arts of er een alternatief bestaat of dat de dosis verminderd kan worden.
Pas wanneer dit niet voldoende helpt, kan je huisarts laxeermiddelen voorschrijven.
- Er bestaan verschillende soorten laxeermiddelen. Sommige mogen slechts gedurende korte tijd gebruikt worden.
- Bij langdurig gebruik kunnen ze de constipatie verergeren.
- Ze kunnen ook effecten hebben op andere geneesmiddelen.
- Gebruik ze daarom niet op eigen houtje. Dat geldt ook voor supplementen en laxerende thee op basis van senna. Bespreek dit altijd met je arts.
Meer weten?
- https://www.thuisarts.nl/verstopping/ik-heb-last-van-verstopping
- https://www.thuisarts.nl/verstopping/ik-wil-vezelrijke-voeding-eten