Wat is het?
Kalium
Kalium is een mineraal dat een belangrijke rol heeft in het lichaam. Het helpt mee je bloeddruk te regelen en zenuwprikkels door te geven.
Je neemt kalium op via voedsel en drank.
Je nieren regelen hoeveel kalium er in je lichaam is. Ze zorgen ervoor dat je juist genoeg kalium uitplast. Zo stijgt of daalt de hoeveelheid kalium in je lichaam nooit te sterk.
Te weinig kalium
Bij een tekort aan kalium kunnen er klachten ontstaan. We spreken dan van hypokaliëmie.
Normale waarden bevinden zich tussen 3,5 en 5,1 mmol/liter.
Bij wie komt een tekort aan kalium voor?
Als je te weinig kalium in je bloed hebt, verlies je misschien te veel kalium. Mogelijke oorzaken zijn:
- het gebruik van bepaalde geneesmiddelen, zoals plaspillen (diuretica), laxeermiddelen of luchtwegverwijders. Bij de huisarts wordt bij 10 tot 40% van de mensen die plaspillen nemen een tekort vastgesteld.
- braken en diarree (bijvoorbeeld bij een ernstige maag-darmontsteking);
- de verhoogde aanmaak van het hormoon aldosterone door de bijnieren. Dat hormoon stimuleert de nieren om meer kalium uit te scheiden via de urine.
Het kan ook zijn dat je te weinig kalium binnenkrijgt. Dat kan voorkomen bij:
- eetstoornissen (braken bij boulimie of anorexia nervosa);
- langdurige ondervoeding;
- te eenzijdige voeding en crashdiëten;
- alcoholisme.
Kaliumtekort zie je bijvoorbeeld ook bij mensen die aan een ernstige ziekte lijden en moeite hebben met eten.
Hoe kan je een tekort aan kalium herkennen?
Een mild tekort aan kalium geeft weinig klachten. Bij een meer ernstig tekort kan je last hebben van vermoeidheid, spierzwakte, obstipatie, vaak plassen of verlies van eetlust. Ernstig kaliumtekort kan tot hartritmestoornissen leiden.
Hoe stelt je arts de aandoening vast?
Via bloedonderzoek stelt je arts vast of je een tekort hebt aan kalium.
Om de oorzaak te achterhalen, zal je arts je onderzoeken en je bloeddruk meten. Je arts zal ook vragen stellen, zoals:
- Welk soort geneesmiddelen gebruik je?
- Heb je last van diarree of braken?
- Wat zijn je eetgewoontes?
Je arts kan je ook vragen om je urine gedurende 24 uur te verzamelen voor verder onderzoek in het labo.
Een hartfilmpje (elektrocardiogram) kan eventuele hartritmestoornissen aan het licht brengen.
Wat kan je zelf doen?
Laat regelmatig je bloed controleren als je plaspillen neemt. Zeker als je ook last hebt van braken en/of diarree.
Eet gezond en evenwichtig. Als je de richtlijnen van de voedingsdriehoek volgt, krijg je voldoende kalium binnen. Kalium zit onder meer in groente, fruit, aardappelen, noten, peulvruchten, brood en melkproducten.
Wat kan je arts of zorgverlener doen?
De behandeling hangt af van verschillende factoren: de ernst van het tekort, de snelheid waarmee het tekort is ontstaan en de oorzaak van het tekort.
De oorzaak van het kaliumtekort moet altijd aangepakt worden.
- Als het tekort het gevolg is van de inname van plaspillen of andere geneesmiddelen, dan zijn kaliumsupplementen meestal niet nodig. Je arts zal het kaliumgehalte in je bloed regelmatig controleren en zo nodig de medicatie aanpassen.
- Is het tekort te wijten aan felle last van braken en/of aanslepende diarree? Dan moet je arts dit goed opvolgen en gepaste medicatie voorschrijven.
- Is het tekort een gevolg van een te eenzijdig dieet? Pas dan je eetgewoontes aan. Een diëtist kan je daar goed bij helpen.
Een beperkt tekort wordt aangevuld met medicatie met kalium (kaliumsupplementen).
Bij een ernstiger tekort krijg je een infuus in het ziekenhuis.
Heb je hartritmestoornissen? Dan word je dringend naar een ziekenhuis doorverwezen. Hartritmestoornissen kunnen namelijk levensbedreigend zijn.
Meer weten?
- https://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/kalium.aspx
- https://www.gezondleven.be/themas/voeding/voedingsdriehoek
Bronnen
- www.ebpnet.be
- www.gezondleven.be
- DynaMed. Hypokalemia - Approach to the Patient. EBSCO Information Services. Geraadpleegd op 24 januari 2024. https://www-dynamed-com.gateway2.cdlh.be/approach-to/hypokalemia-approach-to-the-patient