Wat is het?
Bloed bestaat uit een vloeibaar gedeelte, het plasma. Het plasma staat in voor het transport van de voedingsstoffen en de bloedcellen (rode bloedcellen, witte bloedcellen en bloedplaatjes).
De witte bloedcellen of leukocyten spelen een belangrijke rol in het verdedigingsmechanisme van het lichaam. Ze worden onderverdeeld in drie grote groepen: lymfocyten, monocyten en granulocyten.
De granulocyten bestaan op hun beurt uit neutrofielen (belangrijk om infecties te bestrijden), basofielen (over hun functie is weinig gekend, maar is bijvoorbeeld sterk verhoogd bij een bepaald type van bloedkanker) en eosinofielen.
We hebben drie soorten cellen in ons bloed: rode bloedcellen (RBC), witte bloedcellen (WBC) en bloedplaatjes (BP). Elk hebben ze hun eigen specifieke functie.
Witte bloedcellen spelen een belangrijke rol in ons afweersysteem. Als ons lichaam zich moet verdedigen tegen indringers (virussen, bacteriën of parasieten) worden er witte bloedcellen bijgemaakt. Een toename van het totaal aantal witte bloedcellen noemen we leucocytose.
Er bestaan verschillende soorten witte bloedcellen. De twee voornaamste zijn de neutrofielen en de lymfocyten. Eén tot 5% van het totale aantal witte bloedcellen zijn eosinofielen. Ze spelen een rol in de verdediging van ons lichaam tegen een groot aantal ziekten.
Men spreekt van eosinofilie wanneer het aantal eosinofielen in het bloed hoger is dan normaal. Het aantal eosinofielen kan variëren; het gehalte is hoger ’s avonds, tijdens de menstruatie en bij fysieke belasting, en lager ’s morgens en onder invloed van bepaalde geneesmiddelen (bètablokkers) en stress.
Eosinofilie kan zeer veel verschillende oorzaken hebben:
- allergische ziekten (astma en hooikoorts),
- infecties met parasieten (wormen, Toxoplasma),
- geneesmiddelen (sommige antibiotica),
- giftige stoffen (tryptofaan),
- huidziekten (eczeem of psoriasis),
- processen in de longen (longontsteking),
- bindweefselziekten (ernstige reumatoïde artritis),
- maagdarmziekten (coeliakie of glutenintolerantie),
- infecties door bacteriën (vaak eosinofilie in het beginstadium) of parasieten (recente tropenreis),
- ziekten van het bloed (bloedkankers), uitgezaaide kankers of na bestraling,
- endocrinologische ziekten (ziekte van Addison), immuunstoornissen.
Eosinofilie kan erfelijk voorkomen bij de leden van sommige families.
Soms wordt geen verklaring gevonden.
Hoe vaak komt het voor?
Eosinofilie komt vaak voor. In geïndustrialiseerde landen zijn allergische reacties de meest voorkomende oorzaak, maar wereldwijd zijn waarschijnlijk parasitaire infecties de grote boosdoener. Een zekere mate van eosinofilie komt bij 60% van de kankers voor.
Hoe kun je het herkennen?
Eosinofilie kan gepaard gaan met een hele waaier aan mogelijke klachten, afhankelijk van de oorzaak. Deze klachten zijn meestal het gevolg van de onderliggende aandoening en worden zelden door de eosinofilie zelf veroorzaakt.
Hoe stelt je arts de aandoening vast?
De afwijking wordt vastgesteld aan de hand van een bloedonderzoek.
Soms komt men de aandoening toevallig op het spoor bij een routinecontrole of wordt het vastgesteld naar aanleiding van klachten veroorzaakt door de onderliggende ziekte.
Wat kan je arts doen?
Is het aantal eosinofielen in het bloed slechts licht gestegen en zijn er geen klachten, dan zul je om de 1 tot 2 maanden op controle moeten komen. De arts zal dan nakijken hoe het aantal eosinofielen evolueert en of je klachten ontwikkelt.
Heb je toch klachten, dan word je doorgaans meteen doorverwezen naar een specialist.
Wanneer het aantal eosinofielen veel hoger is dan normaal, wordt een grondig onderzoek verricht naar de mogelijke oorzaak. De arts zal via een grondige bevraging, een lichamelijk onderzoek en een uitgebreid bloed- en stoelgangonderzoek proberen een onderscheid te maken tussen een goedaardige eosinofilie (bvb. in geval van een allergie) of een ongecontroleerde eosinofilie (bvb. bij sommige vormen van leukemie).
Vindt hij geen duidelijke oorzaak, dan zijn bijkomende onderzoeken aangewezen. Soms kan er geen diagnose gesteld worden.
De behandeling is afhankelijk van de oorzaak.