Wat is het?
De inspanningstest is een test die de inspanningscapaciteit van je hart meet, en de invloed ervan op je conditie.
De elektrische activiteit van het hart wordt onder toenemende belasting gemeten en afgelezen op een elektrocardiogram (ECG of hartfilmpje). Zo kunnen ritmestoornissen of een zuurstoftekort tijdens inspanning (door bv. een vernauwing van de kransslagaders) opgespoord worden.
De test wordt meestal uitgevoerd op een fietsergometer; dat is een fiets waarmee de belasting en dus uw inspanning geleidelijk kan worden opgedreven. Het is precies alsof je tegen een helling omhoog rijdt, waarbij het stijgingspercentage geleidelijk toeneemt. De test kan ook op een loopband gebeuren.
Ben je niet in staat om een gewone inspanningstest uit te voeren, dan is een farmacologische inspanningstest in het ziekenhuis mogelijk. In dat geval wordt de inspanning nagebootst door een geneesmiddel. Het effect wordt dan afgelezen op een echografie van het hart of met een speciaal soort scan (myocardperfusiescan).
De test kan veel informatie geven over de toestand van de hartspier. Dit filmpje legt de inspanningstest uit.
Wanneer wordt de test voorgeschreven?
De stresstest tijdens inspanning kan gebruikt worden om:
- pijn op de borst of kortademigheid bij inspanning te beoordelen;
- de diagnose van een vernauwing van de kransslagaders te bevestigen (alleen zinvol bij sterke kans op afwijking!);
- de werkbekwaamheid te testen;
- door inspanning veroorzaakte ritmestoornissen op te sporen;
- de impact van afwijkingen van de hartkleppen te beoordelen;
- om mensen met een hoogrisicoberoep (piloten e.d.) te screenen.
De test wordt niet uitgevoerd bij:
- een aanval van hartkramp (angina pectoris) of vermoeden van een hartinfarct;
- hartfalen;
- sommige hartritmestoornissen;
- ontsteking van de hartspier of van het hartzakje;
- tijdens acute infectieziekten;
- ernstige of onbehandelde longaandoeningen;
- ernstige systeemziekten.
De test wordt afgeraden of met de nodige voorzichtigheid uitgevoerd in geval van:
- afwijkingen van het ECG die de interpretatie bemoeilijken of onmogelijk maken;
- hoge bloeddruk;
- onbehandelde hartritmestoornissen;
- ernstig astma;
- andere fysieke of psychische oorzaken die de uitvoering van de test hinderen (bijv. longaandoeningen, reuma).
Hoe gaat het praktisch in zijn werk?
Voor en tijdens de test
Je draagt best makkelijke kledij en schoenen waarmee je kan fietsen.
Geneesmiddelen die de test kunnen beïnvloeden, worden, in overleg met je arts, vooraf gestopt. Neem ook geen geneesmiddelen in die je normaal niet neemt, zoals pijnstillers of hoestmiddelen. Bètablokkers kunnen soms wel; daar beslist de arts over. Vooraf bepaalt men, afhankelijk van geslacht en leeftijd, de maximale hartslag die tijdens de test mag bereikt worden.
Voor start van de test krijg je een bloeddrukmeter rond de arm, elektroden op de borst voor de ECG-opnames en een mondstuk voor de meting van de longfunctie.
Daarna begin je te fietsen. Om de paar minuten wordt de belasting verhoogd. Hoe groot die belasting is, hangt af van het testprotocol, het geslacht en de leeftijd. Je probeert het tempo gelijk te houden gedurende de fietstest.
De belasting wordt verhoogd tot je klachten krijgt, er afwijkingen verschijnen op het ECG of je uitgeput geraakt.
Voor, tijdens en na de test worden ECG’s afgenomen en meet men je bloeddruk, ademhalingsfrequentie en longinhoud.
Einde van de test
De inspanningstest kan op 3 manieren gestopt worden:
- door de patiënt: klachten zoals uitputting, kortademigheid, pijn op de borst, pijn in de kuit, zwaktegevoel, misselijkheid, duizeligheid,…
- door de arts: de arts, verpleegkundige of technoloog volgt je hartritme tijdens de test op de voet: bij een complicatie grijpt hij of zij direct in. Ernstige complicaties zijn zeldzaam. De fietstest wordt gestopt bij het vaststellen van afwijkingen zoals:
- afwijkingen op het ECG die wijzen op zuurstoftekort van de hartspier
- hartritmestoornissen
- te lage of te hoge bloeddrukwaarden
- bleekheid of cyanose (blauwverkleuring van vingers, neus en lippen)
- slechte kwaliteit van de ECG opnames en/of van de bloeddrukmetingen.
- door het protocol: bv. het bereiken van 85-90% van de maximale hartslag.
Na het fietsen volgt er nog een rustperiode waarin je kan herstellen van de inspanning en waarin een nieuw ECG en bloeddruk wordt genomen.
Interpretatie van de testresultaten
Om betrouwbaar te zijn, moet de test eerst en vooral goed worden uitgevoerd. Je moet een voldoende zware inspanning kunnen leveren.
De beoordeling gebeurt op basis van de bevindingen op het ECG, de bloeddrukwaarden, de evolutie van het hartritme tijdens de test en de eventuele klachten. Ook het volgen van de herstelfase (minimaal 5 minuten) is belangrijk.
Als je de fietstest goed kan volhouden en er treden geen klachten of veranderingen op in het ECG dan is de kans op problemen zoals een vernauwing van een kransslagader klein.
Als u klachten krijgt of er zijn afwijkende resultaten dan zal de cardioloog deze met u bespreken.
Vaak zullen er bijkomende onderzoeken ingepland worden om hartproblemen op te sporen.
Niet alle afwijkingen worden zichtbaar met de inspanningstest en omgekeerd kunnen er lichte afwijkingen te zien zijn op het ECG terwijl de kransslagaders normaal zijn. Bij twijfel zal uw arts verder onderzoek voorstellen.
Meer weten?
- https://www.hartstichting.nl/hart-en-vaatziekten/medische-onderzoeken/inspanningstest-(fietstest)
- Filmpje over fietstest: https://www.youtube.com/watch?v=cQdUvnpJuxE
- Brochure functiemetingen hart- en vaatziekten:
- https://www.uzleuven.be/nl/brochure/700566