Wat is het?
Een normale menstruatiecyclus varieert van 23 tot 36 dagen, meestal 26 tot 30 dagen. De menstruatie zelf duurt 2 tot 7 dagen en normaal bloedverlies bedraagt doorgaans tussen 25 en 40 ml, tot maximum 80 ml. Een meisje krijgt haar eerste menstruatie (menarche) gemiddeld op de leeftijd van 12,5 jaar.
Het kan echter voorkomen dat niet alles normaal verloopt: menstruaties blijven weg (amenorroe), de menstruatiecyclus duurt langer dan 36 dagen of minder dan 23 dagen, de menstruaties zijn wel regelmatig maar te overvloedig, ze zijn onregelmatig, er zijn bloedingen in het midden van de cyclus op het moment van de eisprong, de bloeding treedt op een ongewoon tijdstip of is geassocieerd met hormoontherapie of hormonale anticonceptie (doorbraakbloedingen).
We maken een onderscheid tussen hevig regelmatig bloedverlies en onregelmatig bloedverlies.
Hevig regelmatig bloedverlies
In ongeveer 50% van de gevallen vindt men geen oorzaak, maar zouden er verschillende mechanismen meespelen. Bij 40 tot 50% ligt de oorzaak in de baarmoeder: poliepen, goedaardige gezwellen, infectie, kanker, koperspiraaltje, ...
Bij de overige 5 tot 15% ligt de oorzaak elders in het lichaam: bloedingsziekte, slecht werkende schildklier, diabetes, zwaarlijvigheid, inname van bloedverdunners, ...
Onregelmatig bloedverlies
Hier ligt de oorzaak vaak in een ontregeling van een of meerdere hormonen (functioneel bloedverlies). Dit komt vaak voor in de jaren na de eerste menstruatie, en in de overgang naar de menopauze.
Soms treedt op het tijdstip van de eisprong een kleine bloeding op (ovulatiebloeding).
Ook bij onregelmatig bloedverlies kunnen poliepen, infectie, goedaardige gezwellen, kanker, spiraaltje... aan de basis liggen, evenals anticonceptie en sommige geneesmiddelen.
Hoe vaak komt het voor?
Abnormaal menstrueel bloedverlies komt zeer vaak voor. Meestal is het onschuldig, zeker op jonge leeftijd. Bij oudere vrouwen komen baarmoederafwijkingen vaker voor. Ongeveer 1 op 3 vrouwen krijgt op een bepaald moment te maken met hevig regelmatig bloedverlies.
Hoe kun je het herkennen?
Bij hevig regelmatig bloedverlies is er steeds een normale, regelmatige cyclus (de tijd tussen twee bloedingen is dezelfde), maar je verliest bij iedere menstruatie meer dan 80 ml bloed.
Het is niet gemakkelijk om de hoeveelheid juist in te schatten. Je kunt abnormaal bloedverlies vermoeden als je meer maandverbanden of tampons nodig hebt dan normaal, als je ook ’s nachts een nieuw verband nodig hebt en als het menstruatiebloed klonters bevat.
Bij onregelmatig bloedverlies komt de bloeding op een abnormaal tijdstip in de cyclus. Ook bloedverlies na het vrijen kan optreden.
Licht bloedverlies kan ook voorkomen in de week vóór de menstruatie (premenstruele spotting) en rond het tijdstip van de eisprong, d.i. ongeveer 14 dagen vóór de volgende verwachte menstruatie.
Ook de duur van de cyclus kan volledig afwijken. Zo kan er geen eisprong zijn door een stoornis in de aanmaak van hormonen, met een zeer korte of zeer lange cyclus tot gevolg. Na te korte cycli volgen meestal beperkte bloedingen, na te lange eerder zeer overvloedige. Oorzaken hiervan zijn bv. stress, te veel sporten, gewichtsverlies of polycysteus ovariumsyndroom (PCOS).
Bij gebruiksters van de pil of het spiraaltje komen zogenaamde doorbraakbloedingen voor, vooral tijdens de eerste maanden van gebruik. Ook een onregelmatige inname van de pil kan de oorzaak zijn.
Hoe stelt je arts de aandoening vast?
De arts zal je in de eerste plaats gedetailleerd bevragen over je klachten. Het kan hem helpen wanneer je op voorhand een dagboek bijhoudt met de dagen waarop je bloedverlies hebt en de hevigheid ervan. Hij gaat na of het bloedverlies je normale activiteiten verstoort, hoe lang de klachten al duren, welke anticonceptie je gebruikt, of je dit correct doet, en ook of er bloedstollingsproblemen voorkomen in de familie.
In geval van onregelmatig bloedverlies zal hij een zwangerschapstest doen.
Er volgt indien nodig een vaginaal onderzoek om eventuele afwijkingen of infecties aan de baarmoeder vast te stellen, met afname van een uitstrijkje indien dat langer dan 1 jaar geleden is.
Een bloedonderzoek kan helpen om andere oorzaken te achterhalen, zoals een schildklierprobleem of erfelijke stollingsziekte.
Is het voor hem niet mogelijk om tot een diagnose te komen, dan kan hij je naar de gynaecoloog verwijzen voor verder onderzoek.
Wat kun je zelf doen?
Vaak zijn de menstruaties in de eerste en de laatste vruchtbare jaren onregelmatig. Dit komt door hormoonschommelingen. Hevige menstruaties kunnen meestal geen kwaad.
Raadpleeg je huisarts bij erg hinderlijke klachten, vermoeidheid, bloedverlies na het vrijen en bloedverlies nadat je meer dan 1 jaar geen menstruatie gehad hebt (menopauze). Ook bij onregelmatig bloedverlies dat steeds toeneemt, dat met koorts, pijn of ongerustheid gepaard gaat, vraag je best raad.
Wat kan je arts doen?
De behandeling is afhankelijk van de onderliggende oorzaak. Onderliggende ziekten worden eerst aangepakt. Goedaardige en kwaadaardige tumoren worden doorgaans operatief verwijderd.
Vindt de arts geen duidelijke oorzaak, dan stelt hij een behandeling voor die de symptomen verlicht (symptomatische behandeling). Een ijzersupplement kan nodig zijn in geval van bloedarmoede. Verschillende geneesmiddelen kunnen de bloedingen verminderen: een bloedstelpend middel, ontstekingsremmer, combinatiepil of hormoonspiraaltje.
In ernstige gevallen of bij onvoldoende effect van de medicatie, kan een curettage gebeuren. Men schraapt dan het slijmvlies van de baarmoeder af of vernietigt het. Soms is het verwijderen van de baarmoeder (hysterectomie) de enige oplossing.
Meer weten?
https://www.thuisarts.nl/vaginaal-bloedverlies