In het nieuws
‘Facebook en Instagram hebben een schadelijke impact op het welzijn van jongeren’, zo berichtten verschillende media. Een Britse studie suggereert een verband tussen frequent gebruik van sociale media en een lager mentaal welbevinden bij tieners.
Factcheck
Uit een Britse studie blijkt een verband tussen zeer frequent gebruik van sociale media en een verminderd welzijn bij tieners. De boosdoeners zijn echter niet de sociale media-kanalen zelf, maar de manier waarop we ze gebruiken, bijv. in functie van cyberpesten. Ook het bijhorend slaaptekort heeft een negatieve impact op de mentale gezondheid van jongeren.
Lees verder »Waar komt dit nieuws vandaan?
Onderzoekers analyseerden gegevens van 12.866 jongeren tussen 13 en 16 jaar oud uit honderden Britse scholen (1). De informatie werd verzameld tussen 2013 tot 2015 en gebruikt om het verband tussen sociale media en (mentale) gezondheid te bestuderen. In 2013 werden de tieners bevraagd over hun socialemediagebruik. Een jaar later, in 2014, vulden ze een enquête in over mentale gezondheid en psychologische stress. Tot slot beantwoordden de jongeren in 2015 specifieke vragenlijsten over tevredenheid, welzijn, geluk en angst.
De onderzoekers deelden het socialemediagebruik op volgens frequentie: drie of meer keer per dag sociale media-kanalen checken klasseerden ze onder de noemer ‘zeer frequent’. Vervolgens bestudeerden ze de gebruiksfrequentie vanaf 2013 en het verband met de mentale gezondheid van de tieners in 2014 en 2015. De wetenschappers hielden ook rekening met enkele gekende ‘bijwerkingen’ van sociale media die het mentaal welzijn kunnen beïnvloeden, nl. cyberpesten, slaaptekort en gebrek aan beweging, en verwerkten deze factoren in de vragenlijsten. Zo konden ze nagaan in hoeverre het schadelijke effect op de gezondheid van de tieners te wijten kon zijn aan cyberpesten en/of een gebrek aan slaap of beweging, in plaats van enkel de sociale media met de vinger te wijzen.
Uit de resultaten bleek een verband tussen zeer frequent socialemediagebruik, vooral door meisjes, en een lager (mentaal) welzijn met meer psychologische stress. Zodra cyberpesten, slaapduur en fysieke activiteit in rekening werden genomen, werd dit verband echter veel zwakker. Voor jongens werd geen verband tussen gebruiksfrequentie en welzijn gerapporteerd.
De onderzoekers besluiten dat een groot deel van het verband tussen frequent socialemediagebruik en een verminderd welzijn verklaard kan worden door cyberpesten en slaaptekort, en in mindere mate door te weinig beweging. De sociale media zelf zijn dus niet de schuldige in het verhaal, omdat de schadelijke effecten op de gezondheid voornamelijk indirect blijken te zijn.
Bron
(1) Roles of cyberbullying, sleep, and physical activity in mediating the effects of social media use on mental health and wellbeing among young people in England: a secondary analysis of longitudinal data, The Lancet Child & Adolescent Health, available online 13 August 2019
Hoe moeten we dit nieuws interpreteren?
Het onderzoek in kwestie was geen nieuw opgezette studie, maar een analyse van een bestaande ‘cohortstudie’. Dit soort studies zijn geschikt om patronen te ontwaren tussen bepaalde factoren, zoals gebruik van sociale media, cyberpesten en mentale gezondheid. Cohortstudies kunnen deze verbanden echter niet verklaren, omdat ze niet geschikt zijn om oorzaak-gevolgrelaties aan te tonen. Een tweede beperking aan de studie is het gebruik van vragenlijsten, die nooit echt objectieve antwoorden garanderen. Ook de bepaling van de frequentie en de definitie van cyberpesten zijn niet heel precies.
Hoewel zeer frequent socialemediagebruik het (mentaal) welzijn bij tieners leek te fnuiken, bleek dit verband volgens de studie vooral in de hand gewerkt door cyberpesten en te weinig slaap. Volgens de onderzoekers is een beperking van de toegang tot sociale media niet de beste strategie om de mentale veerkracht van tieners te versterken. Het lijkt hen effectiever om cyberpesten tegen te gaan, of de weerstand ertegen te verhogen, en ervoor te zorgen dat jongeren genoeg slapen en bewegen.
Ouders kunnen proberen om cyberpesten in de kiem te smoren door regelmatig bij hun tienerkinderen te peilen naar negatieve online ervaringen. Verder kunnen ze over de nachtrust van hun kroost waken door bijv. smartphones uit hun slaapkamers te bannen.
Conclusie
Uit een Britse studie blijkt een verband tussen zeer frequent gebruik van sociale media en een verminderd welzijn bij tieners. De boosdoeners zijn echter niet de sociale media-kanalen zelf, maar de manier waarop we ze gebruiken, bijv. in functie van cyberpesten. Ook het bijhorend slaaptekort heeft een negatieve impact op de mentale gezondheid van jongeren.