In het nieuws
Decennialang ging het gemiddelde intelligentiequotiënt (IQ) van de mens in stijgende lijn, maar die trend lijkt nu te keren. Uit steeds meer onderzoeken blijkt dat het gemiddelde IQ in sommige Westerse landen aan het dalen is. Het recente onderzoek naar taalvaardigheid bij hogeschoolstudenten lijkt dat te bevestigen.
Factcheck
Studies tonen aan dat er een lichte daling is in de scores voor IQ-testen bij Noorse mannen tussen de jaren 60 en de jaren 90. Het gaat om een daling van 3 punten, wat erg weinig is. Verschillende mogelijke verklaringen worden aangehaald, maar ze vallen moeilijk te bewijzen. Daaruit besluiten dat mensen dommer worden, is zeer kort door de bocht.
Lees verder »Waar komt dit nieuws vandaan?
Noorse onderzoekers gingen de evolutie na van IQ-scores in functie van de tijd (1). Ze onderzochten IQ-testen van meer dan 800.000 dienstplichtigen tussen 1962 en 1991. De deelnemers waren mannen van 18 tot 19 jaar oud. De studiegroep was een goede afspiegeling van de mannelijke Noorse bevolking, aangezien bijna alle mannen in die periode dienstplichtig waren.
Het gemiddelde IQ steeg van 99,5 in 1962 tot 102,3 in 1975. Opmerkelijk is dat het IQ nadien daalde tot 99,4 in 1989. Gezien de korte waarnemingsperiode besluiten de onderzoekers dat deze trends niet te wijten zijn aan genetische factoren, maar eerder aan omgevingsfactoren.
Bron
(1) Bratsberg B, Rogeberg O. Flynn effect and its reversal are both environmentally caused. Proc Natl Acad Sci U S A. 2018 Jun 26;115(26):6674-6678.
Hoe moeten we dit nieuws interpreteren?
De stijging van het IQ met de tijd wordt het Flynn-effect genoemd, naar een Nieuw-Zeelandse onderzoeker die dit fenomeen waarnam in de jaren 1980 door de IQ-gegevens van inwoners in 35 landen te onderzoeken. Een daling in functie van de tijd wordt het negatief Flynn-effect genoemd.
Verschillende oorzaken kunnen aan de basis liggen van een negatief Flynn-effect, dat ook waargenomen werd in andere landen.
- Een daling van de kwaliteit van het onderwijs wordt als mogelijke oorzaak vermeld.
- Het feit dat ouders met een lager IQ gemiddeld meer kinderen hebben dan ouders met een hoger IQ, wordt ook vernoemd. Omdat in dat laatste geval een erfelijke factor meespeelt, kan het gemiddelde IQ van een groep dalen. In het verleden was dit omgekeerd: mensen met een hogere socio-economische status, die vaker een hogere IQ-score hebben, kregen toen meer kinderen.
- Een delicate verklaring ligt in de toegenomen immigratie, waarbij kinderen met taalachterstand lager scoren op intelligentietests.
- Een onevenwichtige voeding en een toename van obesitas bij kinderen worden eveneens vernoemd als mogelijke verklaring. Bij obesitas daalt de doorbloeding van de hersenen, en een voeding die bijvoorbeeld arm is aan ijzer zou in theorie een IQ-test negatief kunnen beïnvloeden. IJzer speelt immers een rol in het zuurstoftransport naar de hersenen.
- Andere mogelijke oorzaken liggen in langdurig tv-kijken en computerspelletjes.
- Een laatste mogelijkheid ligt in de aanwezigheid van hormoonverstoorders in ons milieu als gevolg van chemische vervuiling. Deze hormoonverstoorders zouden de hersenontwikkeling negatief kunnen beïnvloeden.
Dit zijn echter allemaal hypotheses, waarvoor geen enkel bewijs bestaat. Bovendien daalde het IQ volgens de studie al bij al met slechts 3 punten, wat zeer weinig is. Het gemiddelde IQ ligt tussen 90 en 110. 70 is zwakbegaafd en meer dan 130 hoogbegaafd.
Conclusie
Studies tonen aan dat er een lichte daling is in de scores voor IQ-testen bij Noorse mannen tussen de jaren 60 en de jaren 90. Het gaat om een daling van 3 punten, wat erg weinig is. Verschillende mogelijke verklaringen worden aangehaald, maar ze vallen moeilijk te bewijzen. Daaruit besluiten dat mensen dommer worden, is zeer kort door de bocht.