In het nieuws
Vlaanderen heeft te maken met een schurftepidemie. De ziekte kwam vooral voor tijdens de wereldoorlogen, als gevolg van gebrekkige leefomstandigheden, maar duikt nu terug op.
Factcheck
Er zijn geen aanwijzingen dat schurft vandaag meer voorkomt dan de voorbije jaren. Het kan bij iedereen voorkomen van alle rang en stand. Schurft komt evenwel vaker voor in bepaalde risicogroepen: reizigers, personen met wisselende seksuele contacten, personeel en bewoners van (zorg)instellingen, dak- en thuislozen. Het is een ongevaarlijke maar vervelende ziekte. Het is belangrijk dat niet alleen de zieke maar ook de contactpersonen gelijktijdig worden behandeld.
Lees verder »Waar komt dit nieuws vandaan?
Schurft is een besmettelijke huidziekte veroorzaakt door een parasiet: de schurftmijt of scabies. Enkele huidspecialisten uit het Gentse trokken aan de alarmbel, omdat ze meer schurft vaststellen bij patiënten.
In verschillende scholen, rusthuizen en zelfs ziekenhuizen werden schurftmijten aangetroffen.
Bron
http://www.zorg-en-gezondheid.be/richtlijneninfectieziektebestrijding/
Hoe moeten we dit nieuws interpreteren?
Schurft (scabies) behoorde tot januari 2009 tot de infectieziektes die verplicht moesten worden aangegeven aan de afdeling ‘toezicht volksgezondheid’. Vandaag hoeft dat niet meer. We kunnen vandaag onmogelijk met zekerheid zeggen of er al dan niet een ernstige toename is van schurft. Tussen 2006 en 2009 werden er in Vlaanderen jaarlijks tussen 200 en 250 gevallen gemeld. Er was zeker geen stijgende lijn ten opzicht van voorgaande jaren. Zelfs toen er verplicht werd geregistreerd, was er waarschijnlijk een veel grotere aanwezigheid van schurft. We konden toen dus spreken van een onderrapportering.
Zoals vandaag hebben we de voorbije 10 jaar wel vaker nieuwsberichten gehad waar een opstoot van schurft werd gemeld. Meestal gaat het over vrij lokale opstoten (clusters) die soms wel en soms niet het nieuws halen. Er is vandaag waarschijnlijk niet meer aan de hand, en er is geen indicatie dat er nu een toename is van het aantal schurftgevallen.
Zoals uit de berichtgeving blijkt, komt schurft vaker voor in gemeenschappen waar mensen dicht bij elkaar leven. Voor de overdracht van de schurftmijt (Sarcoptes scabiei var hominis) is er immers langdurig huidcontact nodig: 15 minuten wordt meestal aangenomen. Men kan ook besmet raken door in een bed te slapen met iemand die aan schurft lijdt, of waarin deze persoon kort ervoor geslapen heeft. Zijn kleren dragen kan ook besmetting veroorzaken. Na 3 dagen op kamertemperatuur geleefd te hebben, zijn de mijten te verzwakt om nog besmettelijk te zijn.
De schurftmijt kruipt net onder de huid in een gangetje dat 1,5 cm lang kan worden. Mensen die schurft oplopen, krijgen heel veel jeuk, meestal over het hele lichaam en niet alleen op de plaats waar een schurftmijt zich bevindt. Het is een veralgemeende reactie op de uitwerpselen en andere stoffen die op de schurftmijt voorkomen. De ziekte is vrij moeilijk te herkennen, want meestal is hardnekkige jeuk de enige klacht. De gangetjes zijn nauwelijks zichtbaar en dus moeilijk op te sporen. Als iemand erge jeuk heeft met krabletsels, zal een arts vaak een proeftherapie instellen om de schurftmijt te doden. Dit lukt bijna altijd met een zalf (Zalvor) waarmee je je van de kin tot de tenen insmeert. Je brengt het best ’s avonds aan en ’s morgens neem je een douche om de laatste mijten af te spoelen.
De moeilijkheid is vaak dat in een instelling verschillende mensen de ziekte tegelijk hebben, soms zonder klachten, en zo blijft de schurftmijt rondjes draaien van de ene mens op de andere. Het is dus heel belangrijk dat, wanneer iemand schurft heeft, alle contactpersonen gelijktijdig worden behandeld (binnen een tijdspanne van 24 uur). De reden dat schurft niet goed kan worden uitgeroeid heeft vooral daar mee te maken.
De grootste risicogroepen zijn dus min of meer gesloten gemeenschappen, maar ook reizigers en mensen met wisselende seksuele contacten. Vaak wordt schurft beschouwd als een gebrek aan hygiëne. Vandaag kunnen we echter stellen dat mensen van alle sociale klassen, rassen en leeftijden de aandoening kunnen krijgen. Slechte hygiëne kan de besmetting bevorderen omdat het de kans groter maakt dat de mijt zich kan innestelen in de huid, maar is zeker geen voorwaarde om het te krijgen.
In elke provincie is er ‘Team infectiebestrijding en vaccinatie’ van het Agentschap Zorg en Gezondheid dat heel wat ervaring heeft opgebouwd rond professionele bestrijding van schurft. De ziekte overstijgt immers vaak de actieradius van een huidarts of huisarts. Daarom is het nuttig om de expertise van deze teams te gebruiken om een haard van schurft grondig aan te pakken om verdere verspreiding tegen te gaan.
Conclusie
Er zijn geen aanwijzingen dat schurft vandaag meer voorkomt dan de voorbije jaren. Het kan bij iedereen voorkomen van alle rang en stand. Schurft komt evenwel vaker voor in bepaalde risicogroepen: reizigers, personen met wisselende seksuele contacten, personeel en bewoners van (zorg)instellingen, dak- en thuislozen. Het is een ongevaarlijke maar vervelende ziekte. Het is belangrijk dat niet alleen de zieke maar ook de contactpersonen gelijktijdig worden behandeld.
Referenties
De folder ‘Scabies of schurft…Wat nu?’ kan je vinden op onderstaand adres.
Een uitstekende richtlijn waar het grootste deel van onze informatie op gebaseerd is, komt van het Agentschap Zorg en Gezondheid via de link (eenmaal op de pagina druk op ‘scabies’):
http://www.zorg-en-gezondheid.be/richtlijneninfectieziektebestrijding/